ECLI:NL:HR:2009:BK1604
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling op grond van de Faillissementswet
In deze zaak gaat het om de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van verzoeker, die op 7 maart 2007 door de rechtbank Rotterdam was toegepast. Op voordracht van de rechter-commissaris heeft de rechtbank op 9 februari 2009 besloten om de schuldsaneringsregeling tussentijds te beëindigen. Verzoeker heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 14 april 2009 het vonnis van de rechtbank heeft bekrachtigd. Verzoeker heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen dit arrest van het hof. De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman was om het beroep te verwerpen. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 18 december 2009 geoordeeld dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat er geen nadere motivering nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Het beroep is derhalve verworpen.