ECLI:NL:HR:2009:BJ1990
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- C.B. Bavinck
- P.M.F. van Loon
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag inkomstenbelasting en herziening belastbaar inkomen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 9 juli 2008, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2002. De Inspecteur had de aanslag na bezwaar gehandhaafd, maar de Rechtbank te Breda verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de uitspraak van de Inspecteur, waarbij de aanslag werd verminderd. Belanghebbende ging in hoger beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Rechtbank en de uitspraak van de Inspecteur vernietigde en de aanslag verder verlaagde. Hierop heeft belanghebbende cassatie ingesteld.
De Hoge Raad oordeelt dat het beroep in cassatie gegrond is. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissing omtrent het griffierecht, en herstelt de aanslag tot een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 29.468. De Hoge Raad gelast tevens dat de Staat het griffierecht van € 107 aan belanghebbende vergoedt. De Hoge Raad concludeert dat de klachten van belanghebbende over de vaststelling van het belastbare inkomen uit werk en woning slagen, omdat het Hof een eerdere vermindering door de Rechtbank niet in aanmerking heeft genomen. De overige klachten leiden niet tot cassatie, omdat deze geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling oproepen.
Het arrest is gewezen door de vice-president D.G. van Vliet als voorzitter, en de raadsheren C.B. Bavinck en P.M.F. van Loon, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en is openbaar uitgesproken op 10 juli 2009.