ECLI:NL:HR:2009:BI6291

Hoge Raad

Datum uitspraak
11 september 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/12749
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over verkoop appartementen en wanprestatie

In deze zaak gaat het om een geschil over de verkoop van appartementen, waarbij de eiser, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. P. Garretsen, in cassatie is gegaan tegen Eurovast 2000 B.V. en andere verweerders. De zaak begon met een dagvaarding door Eurovast c.s. in april 2003, waarin zij vorderden dat de eiser en drie andere personen zouden worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 69.540,-- wegens verbeurde boetes, inclusief rente en kosten. De eiser heeft de vordering bestreden en in reconventie schadevergoeding gevorderd wegens wanprestatie en onrechtmatig handelen van Eurovast c.s.

De rechtbank Rotterdam heeft op 18 februari 2004 in conventie de vordering van Eurovast c.s. toegewezen, terwijl de reconventionele vordering van de eiser werd afgewezen. Hierop heeft de eiser, samen met een andere betrokkene, hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof heeft op 16 mei 2007 het hoger beroep van de andere betrokkene niet-ontvankelijk verklaard en het vonnis van de rechtbank bekrachtigd voor zover het de eiser betreft.

Tegen dit arrest heeft de eiser cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft op 11 september 2009 het cassatieberoep verworpen, waarbij de kosten van het geding in cassatie voor rekening van de eiser zijn gekomen. De Hoge Raad oordeelde dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden, en dat nadere motivering niet nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uitspraak

11 september 2009
Eerste Kamer
07/12749
EV/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
1. EUROVAST 2000 B.V.,
gevestigd te Lekkerkerk, gemeente Nederlek,
2. [Verweerder 2],
wonende te [woonplaats],
2. [Verweerster 3],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDERS in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en Eurovast c.s.
1. Het geding in feitelijke instanties
Eurovast c.s. hebben bij exploten van 22 en 23 april 2003 [eiser] en drie andere personen (hierna: [eiser] c.s.) gedagvaard voor de rechtbank Rotterdam en gevorderd, kort gezegd, [eiser] c.s. te veroordelen om aan Eurovast c.s. te betalen een bedrag van € 69.540,-- wegens verbeurde boetes, met rente en kosten.
[Eiser] heeft de vordering bestreden en, in reconventie, gevorderd, kort gezegd, Eurovast c.s. te veroordelen om aan [eiser] de schade te vergoeden die [eiser] heeft geleden ten gevolge van de wanprestatie subsidiair onrechtmatig handelen van Eurovast c.s., op te maken bij staat.
De rechtbank heeft bij vonnis van 18 februari 2004 in conventie de vordering van Eurovast c.s. toegewezen en in reconventie de vordering van [eiser] c.s afgewezen.
Tegen dit vonnis hebben [eiser] en één van de andere personen, te weten [betrokkene 1] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage.
Bij arrest van 16 mei 2007 heeft het hof [betrokkene 1] niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep en het vonnis van de rechtbank, voor zover tussen [eiser] en Eurovast c.s. gewezen, bekrachtigd.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen Eurovast c.s. is verstek verleend.
De zaak is voor [eiser] toegelicht door zijn advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [eiser] heeft op 12 juni 2009 schriftelijk op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Eurovast c.s. begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 11 september 2009.