ECLI:NL:HR:2008:BF5061

Hoge Raad

Datum uitspraak
16 december 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/10115
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • F.H. Koster
  • J.P. Balkema
  • W.M.E. Thomassen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over redelijke termijn in strafzaak tegen verdachte

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 december 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. Het beroep in cassatie was ingesteld door de Advocaat-Generaal bij het Hof, die een middel van cassatie had voorgesteld. De raadsman van de verdachte, mr. S.R. Bordewijk, heeft het beroep tegengesproken. De Advocaat-Generaal Knigge heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot een beslissing op basis van artikel 440 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak vernietigd en de zaak terugverwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor herbehandeling.

De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling het middel van de Advocaat-Generaal gevolgd, dat betrof de overschrijding van de redelijke termijn zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Het Hof had geoordeeld dat de redelijke termijn was overschreden, maar de Hoge Raad oordeelde dat deze overschrijding niet automatisch leidt tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging. Dit oordeel is in lijn met eerdere uitspraken van de Hoge Raad, waaronder de uitspraak van 17 juni 2008 (LJN BD2578).

De beslissing van de Hoge Raad benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van de redelijke termijn in strafzaken en bevestigt dat overschrijding van deze termijn niet altijd leidt tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie. De uitspraak heeft implicaties voor de behandeling van strafzaken en de waarborging van de rechten van verdachten in het licht van de redelijke termijn.

Uitspraak

16 december 2008
Strafkamer
Nr. 07/10115
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 12 juni 2007, nummer 22/001587-07, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
1.1. Het beroep is ingesteld door de Advocaat-Generaal bij het Hof. Deze heeft bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De raadsman van de verdachte, mr. S.R. Bordewijk, advocaat te Schiedam, heeft het beroep tegengesproken.
De Advocaat-Generaal Knigge heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot zodanige op art. 440 Sv gebaseerde beslissing als de Hoge Raad gepast zal voorkomen.
1.2. De Hoge Raad heeft kennisgenomen van het schriftelijk commentaar van de raadsman op de conclusie van de Advocaat-Generaal.
2. Beoordeling van het middel
2.1. Het middel bevat de klacht dat het Hof ten onrechte, althans onvoldoende gemotiveerd heeft geoordeeld dat de redelijke termijn als bedoeld in art. 6, eerste lid, EVRM in die mate is overschreden dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging.
2.2. Het middel is terecht voorgesteld. Overschrijding van de redelijke termijn leidt niet tot niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging (vgl. HR 17 juni 2008, LJN BD2578, rov. 3.21 en HR 9 december 2008, LJN BF3196.
3. Slotsom
Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven en als volgt moet worden beslist.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president F.H. Koster als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en W.M.E. Thomassen, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op 16 december 2008.