ECLI:NL:HR:2008:BD7573

Hoge Raad

Datum uitspraak
3 oktober 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/02629
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortgezet verblijf in psychiatrisch ziekenhuis en motiveringsklachten

In deze zaak heeft de officier van justitie in het arrondissement Breda op 27 februari 2008 een verzoek ingediend bij de rechtbank tot het verlenen van een machtiging tot voortgezet verblijf van betrokkene in een psychiatrisch ziekenhuis. Dit verzoek was onderbouwd met een geneeskundige verklaring, een behandelingsplan en dagrapportages. De rechtbank heeft op 18 maart 2008, na het horen van betrokkene en zijn raadsvrouwe, de machtiging verleend voor de duur van een jaar. Betrokkene heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen deze beschikking.

De Hoge Raad heeft de zaak op 3 oktober 2008 behandeld. De advocaat-generaal F.F. Langemeijer heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de klachten die in het cassatierekest zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat bepaalt dat geen nadere motivering nodig is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, en deze beschikking is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann. De beslissing van de Hoge Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en onderstreept de noodzaak van een zorgvuldige afweging in zaken die betrekking hebben op de geestelijke gezondheid van betrokkenen.

Uitspraak

3 oktober 2008
Eerste Kamer
08/02629
EV/MD
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[Verzoeker],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. G.E.M. Later,
t e g e n
DE OFFICIER VAN JUSTITIE IN HET ARRONDISSEMENT BREDA
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als betrokkene en de officier van justitie.
1. Het geding in feitelijke instantie
De officier van justitie in het arrondissement Breda heeft op 27 februari 2008, onder overlegging van een op 26 februari 2008 ondertekende geneeskundige verklaring, een behandelingsplan en dagrapportages, een verzoek ingediend bij de rechtbank aldaar tot het verlenen van een machtiging tot voorgezet verblijf van betrokkene in een psychiatrisch ziekenhuis.
Nadat de rechtbank betrokkene, bijgestaan door zijn raadsvrouwe alsmede de behandelaar op 18 maart 2008 had gehoord, heeft zij bij beschikking van diezelfde datum de verzochte machtiging verleend voor de duur van een jaar.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van de rechtbank heeft betrokkene beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal F.F. Langemeijer strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 3 oktober 2008.