ECLI:NL:HR:2008:BD1042
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P.J. van Amersfoort
- P. Lourens
- E.N. Punt
- J.A.C.A. Overgaauw
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag omzetbelasting en getuigenaanbod
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 mei 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure van X v.o.f. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. De zaak betreft een naheffingsaanslag in de omzetbelasting over het tijdvak van 1 januari 1997 tot en met 29 februari 2000. De Inspecteur had de naheffingsaanslag opgelegd, welke na bezwaar door de Inspecteur werd gehandhaafd. Het Hof verklaarde het beroep van belanghebbende ongegrond, waarna belanghebbende in cassatie ging.
De Hoge Raad oordeelde dat het Hof de weigering om in te gaan op het getuigenbewijsaanbod van belanghebbende met betrekking tot haar goede trouw, niet correct had behandeld. De Hoge Raad benadrukte dat een bewijsaanbod op elk moment tijdens de zitting kan worden gedaan, tot het onderzoek ter zitting is gesloten. De omstandigheid dat belanghebbende het aanbod pas aan het einde van de zitting deed, kan niet zonder meer tegen haar worden ingeroepen. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof dit miskend had en dat de klacht gegrond was.
De Hoge Raad verklaarde het beroep in cassatie gegrond, vernietigde de uitspraak van het Hof en verwees de zaak naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. Tevens werd de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1932 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De Hoge Raad gelastte ook dat de Staat het griffierecht van € 409 aan belanghebbende vergoedt. De uitspraak van de Hoge Raad heeft belangrijke implicaties voor de beoordeling van getuigenaanbiedingen in belastingzaken.