ECLI:NL:HR:2008:BB5248
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P.J. van Amersfoort
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.A.C.A. Overgaauw
- Rechtspraak.nl
Cassatie over navorderingsaanslag en verliesvaststellingsbeschikking in vennootschapsbelasting
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure die is ingesteld door X N.V. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 29 augustus 2006, betreffende een navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting over het jaar 1995. De belanghebbende ontving een navorderingsaanslag met een te betalen belastingbedrag van nihil, maar met negatieve bedragen aan belastbare winst en belastbaar bedrag. Tevens werd een beschikking tot herziening van de verliesvaststellingsbeschikking bekendgemaakt. De Inspecteur heeft het bezwaar van de belanghebbende tegen de navorderingsaanslag gegrond verklaard, maar de belastbare winst en het belastbare bedrag verder verlaagd. Het Hof verklaarde het beroep van de belanghebbende ongegrond, waarop de belanghebbende in cassatie ging.
De Staatssecretaris van Financiën diende een verweerschrift in en stelde incidenteel beroep in cassatie in. De Advocaat-Generaal P.J. Wattel concludeerde tot ongegrondverklaring van zowel het principale als het incidentele beroep. De Hoge Raad oordeelde dat de navorderingsaanslag niet strekt tot navordering van een bij de primitieve aanslag te weinig geheven bedrag aan belasting. De Hoge Raad verklaarde het principale beroep van de belanghebbende ongegrond, maar het incidentele beroep van de Staatssecretaris gegrond. De uitspraak van het Hof werd vernietigd en het beroep van de belanghebbende inzake de navorderingsaanslag werd niet-ontvankelijk verklaard.
De Hoge Raad concludeerde dat de bezwaren van de belanghebbende tegen de verrekende belasting niet aan de orde konden komen in het bezwaar en/of beroep tegen de navorderingsaanslag. De uitspraak van het Hof kon niet in stand blijven, en de Hoge Raad besloot de zaak zelf af te doen zonder veroordeling in proceskosten.