ECLI:NL:HR:2007:BA1094
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid bij onkundig afhandelen van schenking door bank
In deze zaak gaat het om een geschil tussen een particulier en Fortis Bank over de onkundige afhandeling van een schenking van tegoeden door een derde, zowel bij leven als na overlijden. De eiseres, wonende te [woonplaats], heeft Fortis Bank gedagvaard voor de rechtbank te Breda, waarbij zij vorderde dat Fortis haar zou veroordelen tot betaling van de schade die zij heeft geleden door het onkundig handelen van Fortis jegens wijlen [betrokkene 1]. De schade bedraagt € 201.247, vermeerderd met wettelijke rente en kosten. De rechtbank heeft de vordering op 26 november 2003 afgewezen, waarna eiseres hoger beroep heeft ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Het hof heeft op 9 augustus 2005 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Eiseres heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest.
In de cassatieprocedure heeft Fortis geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De zaak is toegelicht door de advocaten van beide partijen. De Advocaat-Generaal J. Spier heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De advocaten van beide partijen hebben op deze conclusie gereageerd. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eiseres in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op € 5.802,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat nadere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.