ECLI:NL:HR:2007:AZ8167
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Burengeschil over uitzicht vanaf een dakterras
In deze zaak gaat het om een burengeschil dat voortvloeit uit een geschil over het uitzicht vanaf een dakterras. Eiser, wonende te [woonplaats], heeft op 17 april 2003, hersteld op 9 mei 2003, de verweerders in cassatie gedagvaard voor de rechtbank, sector kanton, Amsterdam. Eiser vorderde dat verweerders een afscheiding op hun terras zouden plaatsen, zodat zij geen zicht zouden hebben op de woning van eiser. Daarnaast vorderde eiser dat verweerders zouden worden verboden om binnen een afstand van 50 cm van de erfgrens plantenbakken of soortgelijke werken te hebben, op straffe van verbeurte van een dwangsom. Verweerders hebben de vordering bestreden, waarna de kantonrechter op 27 augustus 2003 een comparitie van partijen gelastte en op 21 april 2004 de vorderingen afwees.
Eiser ging in hoger beroep bij het gerechtshof te Amsterdam, waar hij zijn eis wijzigde. Het hof bekrachtigde op 28 juli 2005 het vonnis van de kantonrechter. Tegen dit arrest heeft eiser cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan het arrest gehecht. Verweerders zijn niet verschenen, en er is verstek verleend. De zaak is door de advocaat van eiser toegelicht. De Advocaat-Generaal F.F. Langemeijer heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eiser in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op nihil. De Hoge Raad oordeelde dat de in het middel aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden, en dat nadere motivering niet nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit arrest is gewezen door de raadsheren en in het openbaar uitgesproken op 20 april 2007.