ECLI:NL:HR:2006:AX7471
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- J.P. Balkema
- J.W. Ilsink
- J. de Hullu
- W.M.E. Thomassen
- Rechtspraak.nl
Gebruik van in Luxemburg verkregen bewijsmateriaal in belastingfraudezaak
In deze zaak gaat het om de vraag of bewijsmateriaal dat oorspronkelijk in Luxemburg door diefstal of verduistering is verkregen, rechtsgeldig kan worden gebruikt in een strafzaak in Nederland. De verdachte is veroordeeld voor belastingfraude, waarbij gebruik is gemaakt van microfiches die door de Belgische autoriteiten aan de Nederlandse fiscus zijn overgedragen. Het hof heeft vastgesteld dat deze microfiches zijn verkregen op basis van de Richtlijn 77/799/EEG, die de wederzijdse bijstand tussen lidstaten regelt. De verdediging heeft aangevoerd dat het bewijs onrechtmatig is verkregen, omdat het materiaal oorspronkelijk door diefstal is verkregen. Het hof heeft echter geoordeeld dat er geen bewijs is dat overheidsdienaren betrokken waren bij de diefstal of verduistering van de documenten. Het hof concludeert dat de omstandigheid dat het bewijsmateriaal door particulieren is verkregen, niet in de weg staat aan het gebruik ervan in de strafzaak. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie verworpen, omdat de middelen van de verdediging niet tot cassatie konden leiden. De uitspraak van het hof blijft daarmee in stand.