ECLI:NL:HR:2006:AX6423
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Oogmerk bij valsheid in geschrift door ambtenaar in verblijfsvergunningzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 29 augustus 2006 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte, een ambtenaar van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), was beschuldigd van valsheid in geschrift. Het hof had geoordeeld dat de verdachte opzettelijk een conceptminuut van het Ministerie van Justitie had opgemaakt, met de bedoeling dit geschrift als echt en onvervalst te gebruiken in het kader van een bezwaarschrift van een vreemdeling die een verblijfsvergunning aanvroeg. De Hoge Raad bevestigde dat het oogmerk, zoals bedoeld in artikel 225 van het Wetboek van Strafrecht, enkel betrekking heeft op het gebruik van het valse geschrift en niet op het vervalsen zelf. De Hoge Raad oordeelde dat het hof terecht had vastgesteld dat de verdachte de conceptminuut had opgesteld met de bedoeling deze te gebruiken in de beslissing op het bezwaarschrift. De Hoge Raad verwierp het beroep van de verdachte, waarbij werd vastgesteld dat de bewezenverklaring van het oogmerk niet onjuist of onbegrijpelijk was. De verdachte was eerder vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten, maar werd veroordeeld tot 24 maanden gevangenisstraf, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, en werd ontzet uit het recht om een ambt te bekleden voor de duur van 5 jaren.