ECLI:NL:HR:2006:AW2223
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- C.A. Streefkerk
- J.W.M. Tijnagel
- Rechtspraak.nl
Belastingheffing op pensioenuitkeringen van onderwijzer in het bijzonder onderwijs uit Aruba
In deze zaak gaat het om de belastingheffing van een pensioenuitkering die belanghebbende, een onderwijzer in het bijzonder onderwijs, ontving van het Algemeen Pensioenfonds van Aruba (APA). De belanghebbende had in het jaar 2002 een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 52.677, waarop een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen was opgelegd. Na bezwaar tegen deze aanslag, heeft het Hof Amsterdam de aanslag verminderd tot € 53.477, met een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting. De Staatssecretaris van Financiën heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de belanghebbende als ambtenaar was aangemerkt voor de Pensioenverordening Burgerlijke Landsdienaren 1938, en dat zijn pensioenuitkering van het APA onder artikel 17, lid 2, van de Belastingregeling voor het Koninkrijk (BRK) valt. De Hoge Raad oordeelt dat de belastingheffing van deze pensioenuitkering niet aan Nederland, maar aan Aruba toekomt. De Hoge Raad bevestigt de uitspraak van het Hof en verklaart het beroep in cassatie ongegrond. Tevens wordt de Minister van Financiën veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende, vastgesteld op € 1288 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de toepassing van de belastingregels met betrekking tot pensioenuitkeringen van ambtenaren die in het buitenland hebben gewerkt, en verduidelijkt de bevoegdheid tot belastingheffing van dergelijke inkomsten.