ECLI:NL:HR:2006:AU9117
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- B.C. de Savornin Lohman
- W.M.E. Thomassen
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Arnhem in strafzaak
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, dat op 14 oktober 2004 werd uitgesproken in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1962. De verdachte heeft het beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. J.B.A. Kalk, die een middel van cassatie heeft voorgesteld. De Advocaat-Generaal, Knigge, heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad het beroep zal verwerpen.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat het voorgestelde middel niet kan leiden tot cassatie. Volgens artikel 81 RO is er geen noodzaak voor nadere motivering, aangezien het middel geen rechtsvragen oproept die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De Hoge Raad concludeert dat er geen gronden zijn voor vernietiging van de bestreden uitspraak en verwerpt daarom het beroep. Dit arrest is uitgesproken op 14 februari 2006 door de vice-president F.H. Koster, samen met de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en W.M.E. Thomassen, in aanwezigheid van de waarnemend griffier L.J.J. Okker-Braber.