ECLI:NL:HR:2006:AU8178
Hoge Raad
- Cassatie
- H.A.M. Aaftink
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Geschil tussen ex-samenwonenden over verdeling van de gezamenlijk gekochte woning
In deze zaak gaat het om een geschil tussen ex-samenwonenden over de verdeling van een gezamenlijk gekochte woning. Eiseres heeft op 15 september 2000 verweerder gedagvaard voor de rechtbank te Almelo, waarbij zij vorderingen heeft ingesteld met betrekking tot overbedeling en de afgifte van bepaalde goederen. De rechtbank heeft in een tussenvonnis van 31 oktober 2001 de zaak naar de rol verwezen voor het nemen van een akte door verweerder. In een eindvonnis van 25 juni 2003 heeft de rechtbank de vorderingen van eiseres in conventie afgewezen en haar veroordeeld in de kosten van het geding. In reconventie heeft de rechtbank eiseres veroordeeld om aan verweerder een bedrag van € 3.857,15 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente, en om binnen tien dagen twee bordeauxrode stoelen af te geven, op straffe van een dwangsom. Eiseres heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem, waar haar eis is vermeerderd met een bedrag van € 3.000,--. Het hof heeft eiseres niet-ontvankelijk verklaard in haar hoger beroep tegen eerdere vonnissen en het vonnis van de rechtbank in reconventie gedeeltelijk vernietigd, maar de vordering tot afgifte van de stoelen afgewezen. Eiseres heeft cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie verworpen, waarbij de kosten van het geding in cassatie zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, zonder dat nadere motivering nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.