ECLI:NL:HR:2005:AU4738
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Onjuist betalingskenmerk bij betaling griffierecht
In deze zaak heeft X B.V. beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 16 juni 2004, waarin het Hof het beroep van belanghebbende inzake de voor het jaar 1996 opgelegde aanslag in de vennootschapsbelasting niet-ontvankelijk verklaarde wegens niet-betaling van het griffierecht. Belanghebbende had eerder een bedrag van € 232 betaald, maar dit was gedaan onder vermelding van een onjuist notanummer. De Hoge Raad oordeelt dat de betaling ten onrechte aan de andere nota is toegerekend, omdat er geen verbintenis meer bestond na de eerdere betaling. De Hoge Raad verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en gelast dat de Staat het griffierecht van € 409 vergoedt aan belanghebbende. Tevens reserveert de Hoge Raad de beslissing omtrent de kosten van het geding in cassatie tot de einduitspraak.
De Hoge Raad stelt vast dat de griffier van het Hof de betaling van belanghebbende niet zonder navraag had mogen aanmerken als onverschuldigde betaling. De betaling moet worden toegerekend aan de griffierechtschuld in verband met het onderhavige beroep. De uitspraak van het Hof kan niet in stand blijven, en het verzet van belanghebbende wordt gegrond verklaard. De Hoge Raad benadrukt dat de Staatssecretaris van Financiën zich in cassatie heeft gerefereerd aan het oordeel van de Hoge Raad, waardoor de kosten van de Staatssecretaris afhankelijk zijn van de einduitspraak. Dit arrest is gewezen op 21 oktober 2005 door de raadsheer D.G. van Vliet als voorzitter, en de raadsheren P. Lourens en J.W. van den Berge, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski.