ECLI:NL:HR:2005:AT8801
Hoge Raad
- Cassatie
- H.A.M. Aaftink
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Cassatieverzoek van Union Banka tegen Invesmart inzake faillissementsverklaring
In deze zaak heeft de vennootschap UNION BANKA A.S.I.L., gevestigd te Ostrava, Tsjechië, op 9 juli 2004 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank te Amsterdam met het verzoek om de vennootschap INVESMART B.V., gevestigd te Amsterdam, in staat van faillissement te verklaren. De rechtbank heeft dit verzoek op 14 september 2004 afgewezen. Union Banka heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 18 februari 2005 het hoger beroep niet-ontvankelijk heeft verklaard. Hierop heeft Union Banka beroep in cassatie ingesteld bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda, die tot verwerping van het beroep strekte, in overweging genomen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de in het cassatiemiddel aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gegeven zonder nadere motivering, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De Hoge Raad heeft het cassatieberoep van Union Banka verworpen en haar veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Invesmart B.V. zijn begroot op € 362,34 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris. De beschikking is openbaar uitgesproken op 2 september 2005 door de raadsheren H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman, A.M.J. van Buchem-Spapens en vice-president P. Neleman.