ECLI:NL:HR:2005:AS3731
Hoge Raad
- Cassatie
- H.A.M. Aaftink
- D.H. Beukenhorst
- W.A.M. van Schendel
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Arrest van de Hoge Raad inzake de vordering van de Coöperatieve Verkoop- en Productie-Vereniging van Aardappelen en Derivaten "Avebe" B.A.
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 februari 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen de Coöperatieve Verkoop- en Productie-Vereniging van Aardappelen en Derivaten "Avebe" B.A. (hierna: Avebe) en een verweerder, die bij exploot van 28 mei 2001 Avebe had gedagvaard voor de kantonrechter te Winschoten. De verweerder vorderde een hoofdsom van ƒ 345.368,--, vermeerderd met wettelijke rente en een bedrag van ƒ 2.000,-- als vergoeding voor buitengerechtelijke kosten. De kantonrechter heeft de vordering op 2 oktober 2001 afgewezen. Verweerder ging in hoger beroep bij de rechtbank te Groningen, die bij tussenvonnis van 27 september 2002 verweerder tot bewijslevering toeliet. Uiteindelijk heeft de rechtbank op 17 september 2003 het vonnis van de kantonrechter vernietigd en de vordering van verweerder alsnog toegewezen. Avebe heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest geoordeeld dat de klachten van Avebe niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier gevolgd, die had geconcludeerd tot verwerping van het beroep. Tevens is Avebe veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van verweerder zijn begroot op € 1.159,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door de raadsheren H.A.M. Aaftink, D.H. Beukenhorst en W.A.M. van Schendel, en openbaar uitgesproken door vice-president P. Neleman.