ECLI:NL:HR:2005:AR5701
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om locatiegegevens van mobiele telefoon in strafzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 4 januari 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte, geboren in Suriname en gedetineerd in Amsterdam, had verzocht om locatiegegevens van een aan hem toegeschreven mobiele telefoon. Dit verzoek was gedaan door zijn raadsman, mr. G. Spong, die eerder op 24 maart 2003 de Advocaat-Generaal had benaderd. Het hof had op 15 april 2003 beslist dat de raadsman in de gelegenheid zou worden gesteld zijn verzoek te specificeren, maar de raadsman heeft pas op 16 september 2003 met de specificatie gereageerd. Het hof heeft de verzoeken van de verdediging op 26 september 2003 afgewezen, omdat het hof van mening was dat de raadsman niet tijdig had gereageerd en dat verdere aanhouding van het onderzoek niet noodzakelijk was. De Hoge Raad oordeelde dat het hof terecht had geoordeeld dat de afwijzing van het verzoek zelfstandig was gedragen door de procesgang en de redenen die de raadsman had opgegeven voor het niet eerder verstrekken van de gegevens. De Hoge Raad verwierp het beroep en oordeelde dat er geen gronden waren voor cassatie.