ECLI:NL:HR:2003:AF8069
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- G.J.M. Corstens
- B.C. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Arnhem inzake auteursrechtinbreuk op compact discs
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 1 juli 2003 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, dat op 18 september 2001 was gewezen. De verdachte, geboren in 1972 en wonende in Nederland, was beschuldigd van het opzettelijk aanbieden en voorhanden hebben van compact discs waarin met inbreuk op het auteursrecht muziek was vervat. Het beroep in cassatie was ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.L.E. Marchal. De Advocaat-Generaal Vellinga had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en verwijzing naar een aangrenzend hof voor herbehandeling van de zaak.
De Hoge Raad oordeelde dat de bestreden uitspraak van het Hof, dat de verdachte had veroordeeld tot vier maanden voorwaardelijke gevangenisstraf, niet onjuist was. De Hoge Raad benadrukte dat de beoordeling van de auteursrechtelijke bescherming van de compact discs moest plaatsvinden naar het recht van het land waar deze waren vervaardigd. Het Hof had geoordeeld dat er geen aanwijzingen waren dat de compact discs waren geproduceerd in een land zonder auteursrechtelijke bescherming. Dit oordeel werd door de Hoge Raad bevestigd, waarbij werd opgemerkt dat het Hof niet onjuist had geoordeeld in zijn verwerping van het bewijsverweer van de verdediging.
De Hoge Raad concludeerde dat de bewezenverklaring van de inbreuk op het auteursrecht voldoende was gemotiveerd en dat het beroep in cassatie niet kon leiden tot vernietiging van de bestreden uitspraak. De Hoge Raad verwierp het beroep, waarmee de veroordeling van de verdachte in stand bleef.