ECLI:NL:HR:2003:AF7899
Hoge Raad
- Cassatie
- G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp
- J.B. Fleers
- D.H. Beukenhorst
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Arrest Hoge Raad inzake onrechtmatige daad en immateriële schadevergoeding
In deze zaak hebben eisers tot cassatie, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. C.J.J.C. van Nispen, de vereniging Socialistische Partij en een andere verweerder in cassatie aangeklaagd voor onrechtmatige daad en immateriële schadevergoeding. De eisers hebben bij de Rechtbank te Groningen een vordering ingesteld, waarin zij een verklaring voor recht vroegen dat een bepaald artikel onrechtmatig en beledigend was. Daarnaast vroegen zij om een schadevergoeding van ƒ 200.000,-- en verdere schadevergoeding die nader opgemaakt zou worden. De Rechtbank heeft op 3 juli 1998 de vorderingen afgewezen, waarna eisers in hoger beroep gingen bij het Gerechtshof te Leeuwarden. Het Hof heeft op 19 september 2001 het vonnis van de Rechtbank bekrachtigd. Hierop hebben eisers cassatie ingesteld bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat er geen nadere motivering nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eisers in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op € 2.431,34 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door de vice-president G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp als voorzitter en de raadsheren J.B. Fleers, D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens en A. Hammerstein, en in het openbaar uitgesproken door raadsheer A. Hammerstein op 11 juli 2003.