ECLI:NL:HR:2003:AF2999
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de aanslag in de ingezetenenomslag van het waterschap Groot Salland
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure die is ingesteld door het dagelijks bestuur van het waterschap Groot Salland tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. De zaak betreft een aanslag in de ingezetenenomslag voor het jaar 2000, die aan belanghebbende is opgelegd ter hoogte van ƒ 74. Na bezwaar is deze aanslag door de ambtenaar belast met de heffing gehandhaafd, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak van de ambtenaar en verlaagde de aanslag tot ƒ 55. Het dagelijks bestuur van het waterschap ging in cassatie tegen deze uitspraak.
De Hoge Raad heeft zich in deze zaak gebogen over de vraag of belanghebbende als ingezetene van het waterschap kan worden aangemerkt en of de aanslag in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Het Hof had geoordeeld dat belanghebbende terecht was betrokken in de ingezetenenomslag, ook al had de onroerende zaak die hij bewoont geen profijt van de waterschapsvoorzieningen. De Hoge Raad bevestigde dit oordeel en oordeelde dat de wetgever het algemene belang van iedere ingezetene bij wonen, werken en leven binnen het waterschap voldoende grond heeft geacht voor de ingezetenenomslag.
Daarnaast oordeelde de Hoge Raad dat het beleid van het waterschap, waarbij de ingezetenenomslag wordt gedifferentieerd naar taakgebied, niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. De Hoge Raad verklaarde het incidentele beroep van belanghebbende ongegrond en het principale beroep van het dagelijks bestuur van het waterschap gegrond. De uitspraak van het Hof werd vernietigd, behoudens de beslissing omtrent het griffierecht, en de Hoge Raad bevestigde de uitspraak op het bezwaarschrift.