ECLI:NL:HR:2003:AF0400
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J. Zuurmond
- F.W.G.M. van Brunschot
- D.G. van Vliet
- C.B. Bavinck
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag accijns op alcoholhoudende producten
In deze zaak gaat het om een naheffingsaanslag in de accijns van overige alcoholhoudende producten, opgelegd aan belanghebbende, die een groothandel in wijnen exploiteert. De naheffingsaanslag van ƒ 94.175 werd opgelegd door de Inspecteur op basis van een in beslag genomen partij ethylalcohol, die door de echtgenoot van belanghebbende was gekocht van het agentschap LASER. Na bezwaar van belanghebbende heeft het Hof de aanslag verminderd tot ƒ 94.174, maar belanghebbende ging in cassatie tegen deze uitspraak.
De Hoge Raad oordeelt dat de naheffingsaanslag niet terecht was opgelegd, omdat de goederen waren betrokken van een staatsorgaan en belanghebbende deze niet voorhanden heeft gekregen in de zin van de relevante wetgeving. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof en de naheffingsaanslag, en gelast dat de Staat de kosten van het geding in cassatie vergoedt aan belanghebbende. De uitspraak van het Hof wordt vernietigd, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht en de proceskosten.
De zaak benadrukt de zorgvuldigheid die van de Staat mag worden verwacht bij de heffing van accijnzen en de voorwaarden waaronder accijnsgoederen in het handelsverkeer mogen worden gebracht. De Hoge Raad stelt dat de beoordeling van de voorwaarden van de koopovereenkomst niet aan de belastingrechter, maar aan de burgerlijke rechter is voorbehouden, indien daarover een geding aanhangig wordt gemaakt.