ECLI:NL:HR:2002:AE9168
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Verduistering van een huurauto en de beoordeling van de bewezenverklaring
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 3 december 2002 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte, geboren in 1946 en woonachtig in Nederland, was in hoger beroep veroordeeld voor verduistering van een huurauto, een Mercedes, die hij had gehuurd van garagebedrijf [A]. De verdachte had de huurbetalingen stopgezet en reageerde niet op pogingen van het garagebedrijf om contact met hem op te nemen. Het Hof oordeelde dat de verdachte zich de huurauto wederrechtelijk had toegeëigend, wat door de Hoge Raad werd bevestigd. De Hoge Raad oordeelde dat de bewezenverklaring voldoende was onderbouwd met bewijsstukken, waaronder verklaringen van de verdachte en de administrateur van het garagebedrijf. De Hoge Raad verwierp het beroep van de verdachte, omdat er geen gronden waren voor cassatie. De verdachte was eerder veroordeeld tot onbetaalde arbeid ten algemenen nutte voor de duur van 140 uren, in plaats van een gevangenisstraf van drie maanden. De uitspraak van de Hoge Raad bevestigde de eerdere beslissing van het Hof, waarbij de verdachte werd veroordeeld voor zijn handelen.