ECLI:NL:HR:2002:AE0862
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- J.W. van den Berge
- A.R. Leemreis
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag loonbelasting en de waardering van aandelen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, die betrekking heeft op een naheffingsaanslag in de loonbelasting/premie volksverzekeringen voor het tijdvak 1995. De naheffingsaanslag, opgelegd door de Inspecteur, bedroeg ƒ 373.800 en werd na bezwaar door de Inspecteur gehandhaafd. X B.V. ging in beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Inspecteur bevestigde. Hierop heeft X B.V. cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft het beroep gegrond verklaard en de uitspraak van het Hof vernietigd. De zaak wordt verwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de invloed van de defungeringsregeling op de waarde in het economische verkeer van de aandelen. Dit is van belang omdat de waarde van de aandelen in deze context niet alleen afhankelijk is van de rendementswaarde, maar ook van eventuele verplichtingen tot aanbieding van aandelen door een werknemer.
De Hoge Raad gelast tevens dat de Staatssecretaris van Financiën het griffierecht van ƒ 630 (€ 285,88) vergoedt aan X B.V. en veroordeelt de Staatssecretaris in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1288 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak van het Hof kan niet in stand blijven, en het verwijzingshof zal moeten onderzoeken of de defungeringsregeling invloed heeft op de waarde in het economische verkeer van de aandelen.
Dit arrest is gewezen door de vice-president E. Korthals Altes als voorzitter, en de raadsheren L. Monné, P.J. van Amersfoort, J.W. van den Berge en A.R. Leemreis, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma, en in het openbaar uitgesproken op 29 maart 2002.