ECLI:NL:HR:2000:AA6594
Hoge Raad
- Cassatie
- E. Korthals Altes
- G.J. Zuurmond
- A.G. Pos
- L. Monné
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de heffing van ingezetenenomslag door het Waterschap Gelderse Vallei en Eem
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 7 oktober 1997. De zaak betreft de heffing van een ingezetenenomslag door het Waterschap Gelderse Vallei en Eem over het jaar 1996, waarbij een bedrag van ƒ 16,-- was geheven. Na bezwaar tegen deze heffing, heeft het dagelijks bestuur van het waterschap de heffing gehandhaafd. Belanghebbende heeft hiertegen beroep ingesteld bij het Hof, dat de uitspraak van het dagelijks bestuur heeft bevestigd. Vervolgens heeft belanghebbende cassatie ingesteld bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad behandelt de klachten van belanghebbende, die stellen dat de kennisgeving van de heffing niet voldoet aan de vereisten van de Waterschapswet. Belanghebbende betoogt dat de termijnspecificatie niet de noodzakelijke informatie bevatte, zoals het jaar van heffing, registratienummer, wijze van betaling en de mogelijkheid van bezwaar. De Hoge Raad oordeelt echter dat de combinatie van de termijnspecificatie en de meegezonden informatiefolder voldoende duidelijkheid biedt over de heffing en de bijbehorende rechtsmiddeleninstructie. De Hoge Raad verwerpt het beroep van belanghebbende, waarbij wordt opgemerkt dat de informatie in de folder voldoende is om aan de wettelijke eisen te voldoen, ook al is er geen expliciete verwijzing naar de folder op de termijnspecificatie.
De uitspraak van de Hoge Raad is op 25 juli 2000 gedaan door vice-president E. Korthals Altes en de raadsheren G.J. Zuurmond, A.G. Pos, L. Monné en C.B. Bavinck, in aanwezigheid van waarnemend griffier I. de Bruin. De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.