ECLI:NL:HR:2000:AA5318
Hoge Raad
- Cassatie
- H. Herrmann
- A. van der Putt-Lauwers
- F. Fleers
- H. Heemskerk
- Rechtspraak.nl
Huurprijsvaststelling en cassatieprocedure inzake huurprijzenwet
In deze zaak gaat het om een verzoek tot cassatie van huurders en huursters tegen de stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Metaalnijverheid, thans genaamd Stichting Bedrijfsfonds voor de Metaal en Technische Bedrijfstakken. Het geding begon met een verzoekschrift dat op 13 januari 1997 werd ingediend bij het Kantongerecht te Amsterdam, waarin de huurders vroegen om de huurprijs van hun woning vast te stellen op het niveau van 31 januari 1996. Ze verzochten tevens om afwijzing van de inhaalhuurverhogingen over de jaren 1993, 1994 en 1995. De stichting heeft het verzoek bestreden. De Kantonrechter heeft op 30 juli 1998 de huurprijs vastgesteld op het niveau van 31 januari 1996, verhoogd met de inhaalhuurverhogingen van respectievelijk 5,5%, 5,5% en 4,5%. Hierop hebben de huurders hoger beroep ingesteld bij de Rechtbank te Amsterdam, die op 17 maart 1999 het beroep verwierp en de huurders in de kosten van het geding veroordeelde.
Tegen deze beschikking hebben de huurders cassatie ingesteld. De stichting heeft verzocht het beroep te verwerpen. De Advocaat-Generaal Spier heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De advocaat van de huurders heeft gereageerd op deze conclusie. De Hoge Raad heeft de aangevoerde klachten beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de huurders in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, tot op deze uitspraak begroot op ƒ 525,-- aan verschotten en ƒ 500,-- voor salaris. De beschikking is gegeven door de raadsheren Herrmann, Van der Putt-Lauwers en Fleers, en openbaar uitgesproken door raadsheer Heemskerk op 31 maart 2000.