ECLI:NL:HR:1997:AA3340
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Stoffer
- J. Zuurmond
- W. Fleers
- A. Pos
- M. Monné
- Rechtspraak.nl
Cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen uitspraak Gerechtshof Leeuwarden inzake aanslag inkomstenbelasting/premievolksverzekeringen
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden, die betrekking heeft op een aanslag inkomstenbelasting/premievolksverzekeringen voor het jaar 1993. De belanghebbende, aangeduid als X, kreeg een aanslag opgelegd naar een belastbaar inkomen van f. 56.498,--. Na bezwaar tegen deze aanslag, handhaafde de Inspecteur de aanslag, waarop belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof vernietigde de uitspraak van de Inspecteur en verlaagde de aanslag naar f. 55.618,--. De uitspraak van het Hof is aan het arrest gehecht.
De Staatssecretaris van Financiën heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Hof. In de beoordeling van het middel oordeelt de Hoge Raad dat het Hof onjuist heeft geoordeeld over de jaarlijkse bijdragen die belanghebbende verschuldigd is aan een creditcardorganisatie. Het Hof had deze bijdragen gekarakteriseerd als kosten van geldleningen, maar de Hoge Raad stelt vast dat deze kosten niet rechtstreeks verbonden zijn aan het opnemen, verlengen of aflossen van een geldlening. De jaarlijkse bijdragen zijn betalingen voor het gebruik van de diensten van de creditcardorganisatie, ongeacht of de belanghebbende daadwerkelijk gebruik maakt van deze diensten.
Daarnaast heeft het Hof geoordeeld dat de kosten voor contante opnamen met de creditcard ook als kosten van geldleningen moeten worden beschouwd. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof niet voldoende heeft vastgesteld wat de voorwaarden zijn van de rechtsverhouding tussen belanghebbende, de creditcardorganisatie en de Postbank. Hierdoor is de uitspraak van het Hof niet naar de eisen van de wet met redenen omkleed. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissing omtrent het griffierecht, en verwijst de zaak naar het Gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling en beslissing.