ECLI:NL:HR:1997:AA2213
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Stoffer
- J. Pos
- M. Beukenhorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen uitspraak Hof over aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, die op 19 december 1995 is verzonden. De zaak betreft een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 1993. Aan de belanghebbende was een aanslag opgelegd, die na bezwaar door de Inspecteur was verminderd tot een belastbaar inkomen van ƒ 80.101,--. De belanghebbende ging in beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Inspecteur bevestigde.
In cassatie heeft de belanghebbende verschillende klachten ingediend tegen de uitspraak van het Hof. De Staatssecretaris van Financiën heeft hierop een vertoogschrift ingediend. De Hoge Raad beoordeelt de klachten en komt tot de conclusie dat de oordelen van het Hof over de door de belanghebbende opgegeven aftrekbare kosten correct zijn. Het Hof heeft vastgesteld dat de belanghebbende minder dan ƒ 554,-- aan aftrekbare kosten heeft gemaakt, en dit oordeel is in lijn met de wetgeving.
Daarnaast heeft het Hof geoordeeld dat de werkzaamheden van de belanghebbende voor een commissie van de Gemeentelijke Kredietbank niet in de persoonlijke sfeer werden verricht, wat betekent dat deze werkzaamheden als een economische activiteit worden beschouwd. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof terecht geen nadere motivering behoefde voor dit oordeel.
De Hoge Raad concludeert dat de klachten van de belanghebbende falen en dat er geen termen zijn voor een veroordeling in de proceskosten. De Hoge Raad verwerpt het beroep en bevestigt de uitspraak van het Hof. Dit arrest is op 25 juni 1997 vastgesteld door de vice-president Stoffer als voorzitter, en de raadsheren Pos en Beukenhorst, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Boorsma, en op die datum in het openbaar uitgesproken.