Op 8 april 2025 heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van brandstichting in Cuijk en Nijmegen. De verdachte werd vrijgesproken van de brandstichting in Cuijk, gepleegd op 18 mei 2021, omdat het hof niet overtuigd was van zijn betrokkenheid. De brandstichting in Nijmegen, gepleegd op 3 juni 2021, werd echter wel bewezen verklaard. De verdachte had samen met een medeverdachte een Volkswagen Transporter door de pui van een bedrijfspand gereden en deze in brand gestoken, wat leidde tot gemeen gevaar voor goederen en de aanwezige personen. Het hof oordeelde dat de verdachte schuldig was aan het medeplegen van opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten was. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 32 maanden, rekening houdend met de overschrijding van de redelijke termijn in hoger beroep. Daarnaast werden de vorderingen van de benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte was vrijgesproken van het eerste feit. De vordering van een benadeelde partij werd gedeeltelijk toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot schadevergoeding voor immateriële schade aan een van de slachtoffers.