Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[appellante] ,wonende te [woonplaats] ,
[appellant] ,wonende te [woonplaats] ,
1.[geïntimeerde sub 1] ,wonende te [woonplaats] ,
[geïntimeerde sub 2] ,wonende te [woonplaats] ,
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/02/394023 / HA ZA 22-44)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven tevens houdende akte van wijziging van eis (met producties);
- de memorie van antwoord, tevens houdende incidenteel appel en vermeerdering van eis (met producties);
- de memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep (met producties);
- de akte overlegging producties en bewijsaanbod d.d. 4 juli 2023 van [geïntimeerden] ;
- de antwoordakte d.d. 12 september 2023 van [appellanten] .
3.De beoordeling
‘Partijen zijn voorts nog overeengekomen:- dat de verkopers eenmalig zullen zorgdragen voor het spitten en egaliseren van het verkochte.- dat de kopers inspraak hebben omtrent de op het terrein van de verkopers te plaatsen bosschage ter afscheiding van de percelen, welke niet hoger mag opschieten dan eenhonderdvijftig centimeter.’
‘
KWALITATIEVE VERPLICHTINGPartijen komen tenslotte nog overeen:De verkopers verbinden zich jegens de kopers er voor zorg te dragen dat de vorenbedoelde bosschage niet hoger zal worden dan eenhonderdvijftig centimeter, waartoe verkopers voor het tijdig snoeien hiervan zorg zullen dragen.Deze verplichting zal overgaan op al degenen die het registergoed zullen verkrijgen, hetzij onder algemene titel, hetzij onder bijzondere titel.Degenen die van de rechthebbenden een recht tot gebruik van het goed zullen verkrijgen zijn eveneens aan de vorenbedoelde verplichting gebonden.Voorzover bovenstaande niet als een kwalitatieve verplichting kan worden aangemerkt, dient een en ander als een deugdelijk kettingbeding aan de opvolgende eigenaren te worden opgelegd.’
‘2a. Verkoper levert het Verkochte vrij van hypotheken, beslagen of inschrijvingen daarvan, maar met alle erfdienstbaarheden, zowel die ten nutte als die ten laste van het Verkochte , alle eventuele andere (beperkte) rechten en met alle kwalitatieve rechten en verplichtingen als bedoeld in de artikelen.6:251 en 6:252 Burgerlijk Wetboek.’en
‘ONDERHOUD HEG AAN DE WEILAND ZIJDEVerkoper en koper zijn mondeling overeengekomen dat de heg tussen het weiland en de buurpercelen door koper zal worden onderhouden. Dat wil zeggen aan de zijde van het weiland en dat de koper de heg op hoogte houdt.’
‘BIJZONDERE LASTEN EN BEPERKINGENTen aanzien van met betrekking tot het verkochte bestaande bijzondere lasten en beperkingen van civielrechtelijke aard wordt verwezen naar: gemelde titel van aankomst, deel 4550 nummer 20, waarin onder meer het volgende voorkomt, woordelijk luidende: "BIJZONDERE BEPALINGEN Partijen zijn voorts nog overeengekomen: - enzovoorts - dat de kopers inspraak hebben omtrent de op het terrein van de verkopers te plaatsen bosschage ter afscheiding van de percelen, welke niet hoger mag opschieten dan eenhonderdvijftig centimeter.KWALITATIEVE VERPLICHTING Partijen komen tenslotte nog overeen:De verkopers verbinden zich jegens de kopers er voor zorg te dragen dat de vorenbedoelde bosschage niet hoger zal worden dan eenhonderdvijftig centimeter, waartoe verkopers voor het tijdig snoeien hiervan zorg zullen dragen.De verplichting zal overgaan op al degenen die het registergoed zullen verkrijgen hetzij onder algemene titel, hetzij onder bijzondere titel.Degenen die van de rechthebbenden een recht tot gebruik van het goed zullen verkrijgen zijn eveneens aan de vorenbedoelde verplichting gebonden. Voorzover bovenstaande niet als een kwalitatieve verplichting kan worden aangemerkt, dient een en ander als een deugdelijk kettingbeding aan de opvolgende eigenaren te worden opgelegd.’
- [geïntimeerden] te gelasten alle essenbomen inclusief uitlopers van de meidoornhaag, klimop en wilde lijsterbes te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom, alsmede aan [appellanten] . machtiging te verlenen om zelf op kosten van [geïntimeerden] voor verwijdering te laten zorgdragen indien [geïntimeerden] na het vollopen van de dwangsommen niet tot verwijdering zijn overgegaan, en dat [appellanten] . hierbij gebruik mogen maken van de percelen van [geïntimeerden] .;
- [geïntimeerden] te gelasten de beukenhaag die twee meter vanuit de erfgrens is geplaatst dusdanig regelmatig te onderhouden dat deze nimmer hoger zal groeien dan 150 centimeter en de laatste drie meter van de beukenhaag te verwijderen;
- [geïntimeerden] . te gelasten de in en naast de beukenhaag geplaatste 11 wilgenbomen te
- verwijderen en verwijderd te houden, alsmede hen te verbieden een gelijksoortige bosschage of hekwerk hoger dan 150 centimeter, gemeten vanaf het perceel van [appellanten] ., te plaatsen, op
- [geïntimeerden] . te gelasten dat zij geen nieuwe bouwwerken of beplanting nabij de erfgrens mogen plaatsen die in strijd zijn met de aard en strekking van de kwalitatieve verplichting, op straffe van een dwangsom;
- [geïntimeerden] te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ten bedrage van
(5.2.) [geïntimeerden] werd gelast de laatste drie meter van de beukenhaag (nabij de watergang), waar nooit een meidoornhaag tegen de perceelgrens is geplaatst te verwijderen en verwijderd te houden en de in en naast de beukenhaag geplaatste 11 wilgenbomen te verwijderen en verwijderd te houden binnen twee maanden na betekening van het vonnis, op straffe van een dwangsom van € 500,00 per dag of dagdeel dat door [geïntimeerden] hieraan niet tijdig zou zijn voldaan, met een maximum van € 15.000,=;
(5.3.) [geïntimeerden] . werden veroordeeld tot vergoeding aan [appellanten] . van een bedrag van € 950,00 aan buitengerechtelijke incassokosten;
Ten aanzien van vordering VIII hebben [appellanten] voorts terecht opgemerkt dat in hoger beroep weliswaar ongedaanmaking kan worden gevorderd van een voldoening aan een in eerste aanleg uitgesproken veroordeling die in hoger beroep wordt vernietigd maar dat, indien ongedaanmaking niet mogelijk is, de vraag of en in hoeverre in dat geval plaats is voor schadevergoeding in hoger beroep niet tegelijk met de vordering tot vernietiging van het in eerste aanleg gewezen vonnis aan de orde kan worden gesteld (HR 7 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1263, r.o. 3.4).
kwalitatieve verplichting of beding met derdenwerking – niet relevant.
plaatst met toestemming van de eigenaar van het buurerf. Het hof acht grief III tegen r.o. 4.5 van het vonnis waarvan beroep – waarbij de rechtbank overigens een door [geïntimeerden] . zelf bepleit standpunt honoreerde - in zoverre gegrond
van de percelen [3] , [4] en [5] . Naar het oordeel van het hof kan daaruit echter niet worden geconcludeerd dat [geïntimeerden] . hun eigendomsrecht met geen ander doel hebben gebruikt dan om [appellanten] . te schaden of dat zij in redelijkheid niet tot uitoefening van hun - rechtmatige - eigendomsbevoegdheid hadden mogen komen. Het hof acht, anders dan de rechtbank, geen sprake van
4.De uitspraak
nummer 709) zijn gelegen, voor rekening van [appellanten] . worden verwijderd en om ten behoeve van de verwijdering toegang tot hun perceel te verlenen aan het bedrijf dat de werkzaamheden zal uitvoeren;