Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- een journaalbericht van de advocaat van de vrouw van 29 augustus 2023 met producties 1 t/m 12;
- een journaalbericht van de advocaat van de man van 4 januari 2024 met productie 19;
- een journaalbericht van de advocaat van de man van 21 februari 2024 met producties 20 t/m 27;
- een journaalbericht van de advocaat van de vrouw van 22 februari 2024 met producties 13 t/m 17.
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
vrouwverzoekt het hof de bestreden beschikking (gedeeltelijk) te vernietigen en opnieuw rechtdoende te bepalen:
manheeft verweer gevoerd. Hij verzoekt het hof het hoger beroep van de vrouw af te wijzen en de bestreden beschikking te bekrachtigen.
vrouwheeft in hoger beroep vijf grieven gericht tegen de bestreden beschikking. De grieven zien op de volgende onderwerpen:
- verdiencapaciteit van de vrouw (grief 1);
- woonlasten man (grief 2);
hofzal de grieven hierna bespreken.
5.De motivering van de beslissing
vrouwvoert aan dat het volstrekt onredelijk is dat zij in staat wordt geacht om binnen één jaar na de datum van de bestreden beschikking een inkomen te genereren waarmee zij geheel in haar eigen levensonderhoud kan voorzien. Zij heeft geen enkele opleiding genoten, heeft geen andere werkervaring dan het verrichten van huishoudelijk werk en heeft onvoldoende kennis van de Nederlandse taal en helemaal geen kennis van de Nederlandse arbeidsmarkt. Zij krijgt thans een uitkering volgens de Participatiewet en heeft een ontheffing gekregen van de sollicitatieplicht. Via de gemeente [gemeente] doet zij mee aan een activeringstraject. Doel hiervan is om te bekijken naar welke maatschappelijke participatieplek zij bemiddeld kan worden. Zij zal waarschijnlijk worden opgenomen in het mensontwikkelbedrijf van de gemeente, [bedrijf] . Dit bedrijf geeft mensen de kans om (weer) mee te doen. Dat gebeurt door ze in te zetten voor zinvolle werkzaamheden voor de samenleving. Terwijl ze dit doen, werken ze aan vaardigheden die hen geschikt maken voor de arbeidsmarkt. Verder heeft zij gezondheidsproblemen waardoor zij niet binnen een jaar in haar eigen levensonderhoud kan voorzien. Vanwege haar gemoedstoestand slikt zij antidepressiva.
manheeft verweer gevoerd. Hij is het eens met het oordeel van de rechtbank. Van de vrouw mag worden gevergd dat zij haar verantwoordelijkheid neemt om in haar eigen levensonderhoud te voorzien. Daartoe zijn er geen belemmeringen. De vrouw is niet arbeidsongeschikt en heeft geen minderjarige kinderen waarvoor zij moet zorgen. Indien al sprake zou zijn van gezondheidsproblemen, heeft zij niet duidelijk gemaakt wat haar beperkingen zijn. Betwist wordt verder dat de vrouw de Nederlandse taal niet machtig is. Zij heeft bij het [school] taalonderwijs gevolgd en examen gedaan in januari 2020. Zij spreekt en verstaat Nederlands. Daarnaast spreekt zij ook Frans en Engels. Dat de vrouw een uitkering volgens de Participatiewet ontvangt, betekent niet dat zij behoeftig is. De vrouw heeft tot nu toe niet laten zien dat zij zich inspant om een betaalde baan te vinden. Naarmate de periode van inactiviteit groter wordt, mag de norm voor de te verrichten werkzaamheden en de benodigde kwalificaties daarvoor naar beneden worden bijgesteld. Van de vrouw mag dan worden gevergd dat zij seizoensarbeid, schoonmaakwerkzaamheden of gelijksoortige werkzaamheden verricht.
hofoverweegt als volgt.
vrouwaan dat de rechtbank ten onrechte op basis van een redelijkheidsoordeel heeft bepaald dat de man aan de vrouw € 10.000,-- moet voldoen als vergoeding op grond van art. 49 Mudawwana. Dat is niet correct. Een redelijkheidsoordeel kan niet op niet verifieerbare aannames worden gebaseerd. Daarvan was hier sprake omdat de man heeft nagelaten financiële gegevens te verstrekken. Verder is de door de rechtbank bepaalde vergoeding te laag. Deze staat niet in verhouding tot de vermogensaanwas van de man. De rechtbank had bij de bepaling van de hoogte van de vergoeding de waardevermeerdering van de echtelijke woning moeten betrekken. Dit heeft de rechtbank ten onrechte nagelaten. Er was sprake van een traditioneel huwelijk. De vrouw zorgde voor het huishouden en de kinderen. De man kon hierdoor werken en daarom konden partijen een woning kopen en de hypotheek aflossen.
manheeft verweer gevoerd. De vrouw heeft geen recht op een vergoeding van een deel van zijn vermogensvermeerdering. Van een traditioneel huwelijk was geen sprake. De vrouw is gedurende het huwelijk meerdere keren voor langere periodes van enkele maanden alleen naar Marokko geweest. In die periode heeft hij naast zijn baan zelf voor het huishouden en de kinderen moeten zorgen. Het is dan ook zeker niet zo dat de vrouw van zeer vroeg in de ochtend tot laat in de avond dienstig aan hem en het gezin is geweest.
hofoverweegt als volgt.