Uitspraak
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met het procesdossier van de eerste aanleg en producties, ingekomen ter griffie op 28 september 2023;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in eerste aanleg van 6 juni 2023, ingekomen op 17 oktober 2023;
- het verweerschrift met producties, ingekomen ter griffie op 8 november 2023;
- het formulier van mr. De Jong met aanvullende productie 13, ingekomen ter griffie op 26 februari 2024;
- de op 7 maart 2024 gehouden mondelinge behandeling, waarbij zijn gehoord:
- de ter zitting overgelegde en voorgedragen spreekaantekeningen;
- het formulier van mr. De Jong van 21 maart 2024, met daarin het bericht dat geen regeling is getroffen en dat beide partijen het hof verzoeken een beschikking te wijzen.
3.De beoordeling
€ 20.000,-- en bedraagt nu € 5.800,--. [de werknemer] woont sinds zijn echtscheiding in een ‘schuur’ in de tuin van zijn ouders en heeft geen (overig) vermogen. Zijn zoon woont de ene week bij hem en de andere week bij zijn ex-echtgenote. Arbitrage in Zwitserland betekent dat [de werknemer] niet in het land waar hij woont en van waaruit hij gewoonlijk heeft gewerkt (Nederland) een procedure kan starten tegen zijn voormalig werkgever, aldus [de werknemer] . Dat druist volgens hem in tegen de beschermingsgedachte voor de werknemer, die in alle internationale verordeningen en verdragen is opgenomen ( [de werknemer] verwijst naar EEX II-Vo, EVEX-II, Rome I, EVO en ook naar op die verordeningen/verdragen gebaseerde uitspraken van het Hof van Justitie,
KoelzschECLI:EU:C:2011:151,
RyanairECLI:EU:C:2017:688 en
MahamdiaECLI:EU:C:2012:491). Volgens [de werknemer] moet die beschermingsgedachte via artikel 10:166 BW in de beoordeling van zijn zaak worden betrokken.
In de meeste gevallen volstaat arbitrage in een procedure in één instantie met minimale inbreng van advocaten.
- de polis (inclusief voorwaarden en polisbladen-en bijlagen) van de rechtsbijstandsverzekering bij ARAG ten tijde van de indiening van het verzoekschrift in eerste aanleg en een brief van de betreffende rechtsbijstandsverzekeraar waarin het ontbreken van dekking op grond daarvan ten aanzien van een arbitrageprocedure als in deze aan de orde wordt bevestigd;
- stukken over de hoogte van het vermogen van [de werknemer] en spaargeld ten tijde van de indiening van het verzoekschrift in eerste aanleg;
- bewijs van betaling van het schoolgeld zoon in de periode 2023-heden;
- aangiften en aanslagen IB 2020/2021/2022 en zo mogelijk ook 2023;
- een overzicht van de ontvangen WW-uitkering van 2023 tot en met heden.
4.De beslissing
uiterlijk 23 mei 2024in ieder geval de volgende stukken, desgewenst voorzien van een toelichting, te overleggen:
- de polis (inclusief voorwaarden en polisbladen-en bijlagen) van de rechtsbijstandsverzekering bij ARAG ten tijde van de indiening van het verzoekschrift in eerste aanleg en een brief van de betreffende rechtsbijstandsverzekeraar waarin het ontbreken van dekking op grond daarvan ten aanzien van een arbitrageprocedure als in deze aan de orde wordt bevestigd;
- de hoogte van het vermogen en spaargeld ten tijde van de indiening van het verzoekschrift in eerste aanleg;
- bewijs van betaling van het schoolgeld zoon in de periode 2023-heden;
- aangiften en aanslagen IB 2020/2021/2022 en zo mogelijk 2023;
- overzicht van de ontvangen WW-uitkering van 2023 tot en met heden,
uiterlijk 20 juni 2024de gelegenheid krijgt hierop schriftelijk te reageren;