Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
[minderjarige](hierna: [minderjarige] ), geboren op [geboortedatum] 2009 te [geboorteplaats] .
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in eerste aanleg op 30 mei 2023;
- het rapport van de raad van 14 december 2022, ingekomen ter griffie op 13 september 2023;
- een e-mail van de moeder, ingekomen ter griffie op 29 september 2023;
- het V8-formulier namens de moeder, ingekomen ter griffie op 12 oktober 2023, met als bijlagen een (begeleidende) brief en e-mailcorrespondentie van de moeder aan de rechtbank Zeeland-West-Brabant;
- het V6-formulier namens de moeder, ingekomen ter griffie op 17 oktober 2023, met als bijlagen een (begeleidende) brief en een brief van de moeder;
- de brief van de raad, ingekomen ter griffie op 20 oktober 2023.
- het V8-formulier namens de moeder, ingekomen ter griffie op 1 november 2023, met als bijlagen een (begeleidende) brief en een drietal beschikkingen waaronder de beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant ( Breda ) van 27 oktober 2023 met het zaaknummer C/02/395797 FA RK 22-1249;
- het V8-formulier namens de vader, ingekomen ter griffie op 2 november 2023;
- een email namens de GI, ingekomen ter griffie op 3 november 2023, met als bijlagen een brief aan het hof en een brief aan de rechtbank.
3.De beoordeling
voorlopighaar hoofdverblijfplaats bij de man heeft;
voorlopigdat de vrouw en [minderjarige] in het kader van de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken gerechtigd zijn tot het hebben van (begeleid) contact dat onder regie van de GI moet worden opgebouwd zoals overwogen in rechtsoverweging 5.5;