Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[appellant 1] ,wonende te [woonplaats] ,
[appellant 2] ,wonende te [woonplaats] ,
1.Waar gaat deze zaak over?
2.Verloop van de procedure
3.Feitenweergave
4. Weergave van de vorderingen van [appellanten] en de beslissingen van de rechtbank Overijssel, het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden en de Hoge Raad
5.De motivering van de beslissing
dat de man psychisch echt niet in orde was’. Beide agenten verklaren ook dat zij besloten [appellant 1] mee te nemen ‘
in het kader van de hulpverlening’. Dat blijkt ook uit het insluitingsformulier van [appellant 1] dat agent [naam 3] die avond op het politiebureau heeft opgemaakt.
volkomen daas’ was.
Het hoofd kwam als eerste in contact met de deur. Toen de man met zijn hoofd tegen het raam kwam, veroorzaakte dit een hard geluid. Het is te vergelijken met het geluid als je met je schoenen hard tegen een stalen celdeur trapt’. Dit geluid was dus hoorbaar buiten de cel, maar de agenten luisterden ook via de intercom mee. Verder konden zij zowel via de camera als via een deurluikje in de cel kijken. Ook dat deden zij. De hoofdverwondingen van [appellant 1] waren duidelijk zichtbaar. Er was veel bloed. [appellant 1] raakte gedesoriënteerd. De aanwezige agenten waren dus goed op de hoogte van het gedrag van [appellant 1] in de cel en het zelfdestructieve karakter daarvan. Dit blijkt ook uit hun verklaringen opgenomen in het rechercherapport.
kunneningrijpen. Het hof gaat er daarom van uit dat zij dit ook hadden gekund, in elk geval door de armen en benen van [appellant 1] te fixeren.
Mijn conclusie kan dan ook niet anders luiden dan dat er zowel op theoretische als op klinische gronden voldoende bewijs is om aannemelijk te kunnen maken dat de delay in (adequate) behandeling van (groot) belang moet is (geweest) bij het doen ontstaan van het ernstige verlies aan cognitie bij cliënt. Als je alle opinies en bevindingen van de zijde van de behandeld specialisten goed naast elkaar legt, blijft die conclusie feitelijk als enige echt plausibele over.’.
volledigaansprakelijk is en de Politie
alleschade van [appellanten] moet vergoeden zoals [appellanten] vorderen, staat dus nog niet vast. Of dit zo is, zal in de schadestaatprocedure worden beslist.