GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
Team familie- en jeugdrecht
Uitspraak : 7 december 2023
Zaaknummer : 200.333.098/01
Zaaknummers 1e aanleg: C/02/411592 / JE RK 23-1203, C/02/411593 / JE RK 23-1204.
in de zaken in hoger beroep van:
betreffende de beschikkingen van 7 en 17 juli 2023 (C/02/411592 / JE RK 23-1203) en de beschikkingen van 7 en 17 juli 2023 (C/02/411592 / JE RK 23-1204) en de beschikking van
9 augustus 2023 (C02/411592 / JE RK 23-1203 en C/02/411593 / JE RK 23-1204).
[de moeder],
wonende op een bij het hof bekend adres,
verzoekster in hoger beroep,
hierna te noemen: de moeder,
advocaat: mr. R.W. de Gruijl,
betreffende de minderjarigen:
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2016 in [geboorteplaats] ,
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2017 in [geboorteplaats] ,
- [minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum] 2022 in [geboorteplaats] ,
Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant,
gevestigd te [vestigingsplaats] en mede kantoorhoudende te [kantoorplaats] ,
verweerster in hoger beroep,
hierna te noemen: de Gecertificeerde Instelling (de GI).
Als informant in de zaken betreffende [minderjarige 1] en [minderjarige 2] wordt aangemerkt:
[vader van minderjarige 1 en 2],
wonende in [woonplaats] ,
hierna te noemen: [vader van minderjarige 1 en 2] ,
Als informant in de zaken betreffende [minderjarige 3] wordt aangemerkt:
[vader van minderjarige 3] ,
wonende in [woonplaats] ,
hierna te noemen [vader van minderjarige 3] ,
In zijn hoedanigheid als omschreven in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is in de procedure in alle hierboven genoemde kwesties gekend:
de Raad voor de Kinderbescherming,
regio Zuidwest Nederland, locatie [locatie] ,
hierna te noemen: de raad.
In het kort: deze zaak gaat over de uithuisplaatsing van [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] .