Uitspraak
[appellant],
de gemeente,
5.Het verdere verloop van de procedure
6.De verdere beoordeling
“twee percelen grond gelegen aan en nabij de[straatnaam]te[plaats] ,kadastraal bekend gemeenteBergen op Zoom, sectie[sectieletter], nummers[sectienummer 1] en [sectienummer 2]”(hierna: het perceel) in erfpacht gegeven aan [appellant] , met recht van opstal ten aanzien van door [appellant] te realiseren opstallen, tegen betaling van een canon van € 5.257,86 per jaar, exclusief belastingen, in termijnen per maand bij vooruitbetaling te voldoen.
“gedurende meer dan twee jaren niet heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling van de canon”en dat met inachtneming van het bepaalde in artikel 6:44 lid 1 BW sprake is van een achterstand van meer dan twee jaren canonbetaling
.
primairvoor recht te verklaren dat de gemeente jegens hem heeft gehandeld in strijd met haar verplichtingen uit de erfpachtakte dan wel jegens hem onrechtmatig heeft gehandeld en te bepalen dat de gemeente de schade als gevolg daarvan
Subsidiairheeft [appellant] gevorderd, samengevat, te bepalen dat ingeval van beëindiging van de erfpacht de gemeente de waarde van het erfpachtrecht en opstalrecht, vast te stellen door deskundigen en te vermeerderen met de wettelijke rente, aan [appellant] dient te vergoeden. Een en ander met veroordeling van de gemeente in de proceskosten.
primairetegenvordering (zie hiervoor onder 6.4) alsnog toe te wijzen. Een en ander met veroordeling van de gemeente in de kosten van beide instanties.
grieven 1 en 2). Ook dienen de vragen beantwoord te worden of [appellant] gehouden is tot betaling van de boete van € 8.174,04 (
grieven 2 en 3) en of sprake is van toerekenbaar tekortschieten dan wel onrechtmatig handelen van de gemeente jegens [appellant] (
grief 3).
“Megahek Montage”zijn gevoegd, ten bedrage van ruim € 6.000,-. Alleen al gelet hierop had het op de weg van [appellant] gelegen om zijn stelling nader te concretiseren en specificeren.
“dit bestemmingsplan (…) nog niet in werking getreden”is en dat
“eerst met de bebouwing mag worden begonnen nadat de daarop betrekking hebbende tekeningen (…) door of vanwege het college van Burgemeester en Wethouders zijn goedgekeurd”en uit de in de voorwaarden opgenomen
“Overige afspraken”valt op te maken dat
“plaatsing van een wooneenheid (…) op grond van het vigerende bestemmingsplan niet toegestaan”is en dat
“pas na herziening van het