Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[geïntimeerde] ,wonende te [woonplaats] ,
5.Het verdere verloop van de procedure
6.De verdere beoordeling
“(…) In die verklaring van 28 januari staat dat ik moeite heb gedaan om mijn administratie op te halen, dat is niet waar, dat is een leugen wat [geïntimeerde] in die verklaring heeft opgeschreven. Ik heb het getekend met volle vertrouwen zonder te lezen, mijn fout misschien. Deze verklaring is goed gelezen en met alle waarheid opgesteld”. In de verklaring van [persoon B] staat:
“(…) Dat ik moeite heb gedaan en dat [appellant] moeilijk deed is niet waar. [geïntimeerde] heeft het nogmaals geflikt om misbruik van mij te maken en mijn vertrouwen te verwaarlozen, om dingen op te schrijven wat niet waar zijn en te laten ondertekenen met alle druk op mij. [appellant] heeft mij netjes de mappen overhandigd en ook digitale stukken gemaild. Deze verklaring is goed gelezen en met alle waarheid opgesteld en ondertekend.”Ten aanzien van de