ECLI:NL:GHSHE:2023:3610

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
2 november 2023
Publicatiedatum
2 november 2023
Zaaknummer
200.317.874_01 en 200.317.561_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussentijdse cassatie openstelling in familiezaken met betrekking tot huwelijkse voorwaarden

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, zijn er twee hoger beroepen aan de orde, genummerd 200.317.874/01 en 200.317.561/01. De verzoeker in het principaal hoger beroep is de man, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.P.M. Mol, terwijl de vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. M. van Vliet, de verweerster in dit beroep is. De vrouw is ook verzoekster in het incidenteel hoger beroep. De zaak betreft een aanvulling op een eerdere beschikking van het hof van 5 oktober 2023, waarin het hof partijen de gelegenheid bood om zich uit te laten over de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden. De man heeft op 17 oktober 2023 verzocht om tussentijdse cassatie van de beschikking van 5 oktober 2023, waarop de vrouw op 25 oktober 2023 bezwaar heeft gemaakt. De vrouw, die 74 jaar oud is en in financiële problemen verkeert, heeft aangegeven dat het onnodig instellen van cassatie extra kosten met zich meebrengt en dat zij recht heeft op duidelijkheid in deze procedure.

Het hof heeft het verzoek van de man beoordeeld en besloten dat het doelmatig is om tussentijds cassatieberoep open te stellen tegen de beschikking van 5 oktober 2023. De argumenten van de vrouw zijn niet voldoende om tot een ander oordeel te komen. De beslissing van het hof houdt in dat tegen de beschikking van 5 oktober 2023 tussentijds beroep in cassatie kan worden ingesteld, en verdere beslissingen zijn aangehouden. Deze beschikking is op 2 november 2023 in het openbaar uitgesproken door de rechters P.P.M. van Reijsen, J.C.E. Ackermans-Wijn en K.A. Boshouwers, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
Team familie- en jeugdrecht
zaaknummers : 200.317.874/01 en 200.317.561/01
zaaknummer rechtbank : C/01/354545 / FA RK 20-90
beschikking van de meervoudige kamer van 2 november 2023
in de zaak met zaaknummer 200.317.874/01:
inzake
[de man],
wonende te [woonplaats],
verzoeker in principaal hoger beroep,
verweerder in incidenteel hoger beroep,
hierna te noemen: de man,
advocaat mr. J.P.M. Mol te Son en Breugel,
tegen
[de vrouw],
wonende te [woonplaats],
verweerster in principaal hoger beroep,
verzoekster in incidenteel hoger beroep,
hierna te noemen: de vrouw,
advocaat mr. M. van Vliet te Hengelo.
en in de zaak met zaaknummer 200.317.561/01:
[de vrouw],
wonende te [woonplaats],
verzoekster in hoger beroep,
hierna te noemen: de vrouw,
advocaat mr. M. van Vliet te Hengelo,
tegen
[de man],
wonende te [woonplaats],
verweerder in hoger beroep,
hierna te noemen: de man,
advocaat mr. J.P.M. Mol te Son en Breugel.
als aanvulling op de door het hof gegeven beschikking van 5 oktober 2023, op het hoger beroep van de door de rechtbank Oost-Brabant, locatie ’s-Hertogenbosch gegeven beschikkingen van 5 november 2021 en 13 juli 2022 uitgesproken onder voormeld zaaknummer.

8.De beschikking d.d. 5 oktober 2023

in de zaken met zaaknummers 200.317.874/01 en 200.317.561/01:
Bij die beschikking heeft het hof partijen in de gelegenheid gesteld om zich binnen zes weken na de datum van die beschikking uit te laten over de afwikkeling van de eerste huwelijkse voorwaarden zoals overwogen in die beschikking in rov. 5.8.5.

9.Het verzoek

in de zaken met zaaknummers 200.317.874/01 en 200.317.561/01:
Bij brief van 17 oktober 2023, ingekomen ter griffie van het hof op 17 oktober 2023, heeft de man het hof verzocht de uitspraak van 5 oktober 2023 alsnog vatbaar te maken voor tussentijdse cassatie.
Bij brief van 25 oktober 2023, ingekomen ter griffie op 25 oktober 2023, heeft de vrouw bezwaar gemaakt tegen het verzoek van de man. Het onnodig tussentijds instellen van cassatie brengt onnodige en hoge extra kosten met zich. De man heeft bij de eindbeschikking de mogelijkheid om in cassatie te gaan. De vrouw is 74 jaar. Gelet op haar leeftijd en het feit dat zij nu niet over financiële middelen beschikt (alleen een schuld van € 318.000,--), heeft de vrouw recht op duidelijkheid over onderhavige procedure zodat zij verder kan en kan genieten van de laatste periode in haar leven.

10.De beoordeling van het verzoek

in de zaken met zaaknummers 200.317.874/01 en 200.317.561/01:
Het hof heeft zich beraden op het verzoek en acht het, in het licht van de door het hof in de tussenbeschikking genomen aard van de beslissing, doelmatig thans cassatieberoep open te stellen tegen de tussen partijen gegeven beschikking van 5 oktober 2023. Hetgeen de vrouw in haar brief van 25 oktober 2023 heeft aangevoerd kan niet tot een ander oordeel leiden.

11.De beslissing

Het hof:
in de zaken met zaaknummers 200.317.874/01 en 200.317.561/01:
bepaalt dat tegen de beschikking van 5 oktober 2023 tussentijds beroep in cassatie kan worden ingesteld;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mrs. P.P.M. van Reijsen, J.C.E. Ackermans-Wijn en K.A. Boshouwers en is op 2 november uitgesproken in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier.