9.2.In principaal en incidenteel appel: berekening bespaarde kosten
9.2.1.Bij het tussenarrest van 30 augustus 2022 heeft het hof met betrekking tot de deelprojecten [het project] partijen de gelegenheid geboden met inachtneming van hetgeen het hof in rov. 6.8. en 6.9. heeft overwogen zich bij akte uit te laten over de berekening van de volgende bespaarde kosten uit hoofde van de voortijdige beëindiging: (i) de kosten afbouw en (ii) de kosten die zijn bespaard wegens het niet herstellen van gebreken.
9.2.2.Heemwonen heeft in haar akten na tussenarrest nader onderbouwd welke volgens haar de bespaarde kosten als bedoeld in artikel 7:764 BW zijn, waarbij zij tevens heeft toegelicht op welke wijze de door haar geconsulteerde deskundigen de (i) kosten afbouw en (ii) herstelkosten hebben berekend. Door Heemwonen zijn in die akten met een verwijzing naar de rapporten van de door haar ingeschakelde deskundigen [x] en [persoon A] (mede inhoudende een correctie van de toegepaste tarieven met inachtneming van het tussenarrest) de bespaarde kosten als volgt berekend:
- de kosten afbouw: € 268.582,48; en
- de bespaarde herstelkosten: € 186.769,24.
9.2.3.[[----]] heeft in haar akten na tussenarrest betoogd dat zij helemaal niets heeft bespaard omdat het werk zich in een zodanig vergevorderd stadium bevond dat alle kosten al gemaakt waren en betoogd dat:
- de kosten afbouw: primair nihil bedragen, subsidiair maximaal de restant aanneemsom ad € 129.091,95, meer subsidiair maximaal het door de door [zzz] begrote bedrag ad € 197.118,35 en;
- de bespaarde herstelkosten: nihil zijn, en voor zover sprake is van herstelkosten deze volgens [zzz] € 138.013,79 bedragen (met de opmerking dat volgens [zzz] dat dit bedrag niet thuishoort in de algehele afrekening).
9.2.4.Het hof overweegt ten aanzien van de door partijen berekende bespaarde kosten als volgt. Zoals het hof in het tussenarrest van 30 augustus 2022 heeft overwogen brengt artikel 7:764 lid 2 (https://new.navigator.nl/openCitation/idba532846ea9b2d10fba1da13e39274cd) BW mee dat de opdrachtgever die aanvoert dat de door hem verschuldigde ‘voor het gehele werk geldende prijs’ dient te worden verminderd met ‘de besparingen die voor de aannemer uit de opzegging voortvloeien’, stelplicht en bewijslast heeft van het bestaan en de omvang van die besparingen. In dit verband rust echter op de aannemer ‘een belangrijke mededelingsplicht’ (Kamerstukken II 1992/93, 23 095, nr. 3 (https://www.statengeneraaldigitaal.nl/uitgebreidzoeken/zoekresultaten?&documentType=Kamerstukken&kamerstukken%5bkamerstuknummer%5d=23095&kamerstukken%5bondernummer%5d=3&idp=LegalIntelligence), p. 39) (HR 12-04-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY8728,NJ2013/225). Het hof komt tot de conclusie dat [[----]] niet heeft voldaan aan haar ‘belangrijke mededelingsplicht’ in vorenbedoelde zin. Het hof komt tot die conclusie op grond van het volgende. 9.2.5.[[----]] heeft noch in haar akte noch in haar antwoordakte haar betwisting van de door Heemwonen berekende bespaarde kosten voldoende gemotiveerd onderbouwd. Zij heeft geen nadere deskundigheid ingeroepen en volstaan met een verwijzing naar de eerder zijdens haar opgestelde rapportage. In het rapport van [zzz] is echter niet voldoende onderbouwd dat en waarom de daarin gehanteerde tarieven betrekking hebben op de daadwerkelijke situatie in de onderneming van [[----]] zoals deze was ingericht ten tijde van de uitvoering van het werk in geschil en in de periode daarna (ten tijde van de voortijdige beëindiging). Gelet op voormelde ‘belangrijke mededelingsplicht’ had het op de weg van [[----]] gelegen dat wel te doen. Te meer omdat het hof expliciet om specifieke en concrete informatie daaromtrent heeft verzocht in het tussenarrest van 30 augustus 2022 in rov. 6.8. [[----]] had conform de nadere instructies van het hof zich over haar tarieven moeten uitlaten in haar akten.
9.2.6.Heemwonen heeft aan de hand van een opname van het werk en door middel van rapporten onderbouwd wat de stand van het werk was ten tijde van de beëindiging en welke onderdelen van het reeds voltooide werk niet aan de daaraan te stellen eisen voldeden (productie 38 A t/m D Heemwonen). Zij heeft per post aan de hand van berekeningen door deskundige [x] zoals geverifieerd en gecorrigeerd door deskundige [persoon A] onderbouwd welke kosten volgens haar als bespaarde kosten dienen te worden aangemerkt wegens (i) het niet meer door [[----]] afronden van het werk (kosten afbouw) en (ii) het niet door [[----]] herstellen van gebreken van reeds afgeronde onderdelen van het werk en door haar als onvoldoende zijn aangemerkt (bespaarde herstelkosten) (producties 38 E en F en 64 Heemwonen). Zij heeft met een verwijzing naar de contractstukken, en meer specifiek de inschrijfbegroting van [[----]], toegelicht dat daaruit niet een eenheidsprijs blijkt voor alle onderdelen van het werk ten aanzien waarvan de bespaarde kosten dienen te worden berekend. Zij heeft in dat kader toegelicht dat de door haar ingeschakelde deskundigen daarom zoveel mogelijk hebben getracht de inschrijfbegroting te gebruiken maar dat dat in veel gevallen niet kon omdat deze onvoldoende informatie bevatte en zij om die reden in een aantal gevallen gebruik hebben gemaakt van een begroting op reële prijzen. Zij heeft voorts als reactie op het rapport van deskundige [zzz] dat door [[----]] in het geding is gebracht gemotiveerd dat deskundige [zzz] daarin “
andere bedragen heeft begroot op bespaarde kosten ter zake herstel en gereedmaken” van voornoemde deelprojecten zonder dat – zakelijk weergegeven – [zzz] expliciteert op grond waarvan hij de door hem gehanteerde tarieven als uitgangspunt kon en mocht nemen, nu die eenheidsprijzen niet voor alle onderdelen van het werk blijken uit de inschrijfbegroting. Zij heeft tevens toegelicht dat door [[----]] de hoeveelheid uren in totaal per bouwkundig onderdeel of per werksoort (niet zijnde kosten in kosten van onderaanneming opgenomen uren) niet inzichtelijk is gemaakt, zodat Heemwonen een schatting heeft moeten maken van de verdeling arbeidskosten-materiaalkosten (op basis van de overheidsregeling Omzetbelasting verlaagd btw-tarief op arbeidskosten bij renovatie en herstel van woningen en van het aandeel arbeidskosten van [[----]] (op basis van eigen uren)) en bij haar berekeningen de gebruikelijke marktprijzen voor materialen op het moment van het opstellen van de begroting van [[----]] voor dit werk heeft gehanteerd (hetgeen steekproefsgewijs is gecontroleerd door deskundige [persoon A]).
9.2.7.Als reactie op deze gemotiveerde onderbouwing van de berekeningen van de bespaarde kosten door Heemwonen, heeft [[----]] haar stellingen op dat punt niet nader onderbouwd. [[----]] handhaaft haar stelling dat de bespaarde kosten nihil bedragen, subsidiair maximaal de restant aanneemsom en meer subsidiair maximaal het door [zzz] begrote bedrag zijn. Het had op haar weg gelegen toe te lichten en te onderbouwen dat de door [zzz] gehanteerde tarieven juist zijn, bijvoorbeeld door [zzz] in een nader rapport te laten expliciteren op basis waarvan hij tot de door hem gehanteerde tarieven is gekomen. [[----]] had in elk geval inzichtelijk dienen te maken welke tarieven volgens haar blijken uit de situatie in haar onderneming ten tijde van de aanbesteding, althans de uitvoering en beëindiging van het werk. Dat een nadere toelichting op het rapport van [zzz] niet mogelijk zou zijn is niet door [[----]] onderbouwd. De stelling van [[----]] dat het rapport van [zzz] een reactie op de rapporten van de door Heemwonen ingeschakelde deskundigen [x] en [persoon A] betreft en dat deze daarom ongeschikt zou zijn om de bespaarde kosten voor [[----]] te berekenen, is evenmin door [[----]] onderbouwd. Die stelling houdt op zichzelf geen voldoende betwisting in van de stellingen van Heemwonen ter zake de bespaarde kosten. Het hof passeert dan ook de stellingen van [[----]] ter zake de bespaarde kosten als onvoldoende onderbouwd.
9.2.8.Gelet op het voorgaande gaat het hof eveneens voorbij aan haar stelling dat zij onverplicht voor zover nodig bereid is om van de bespaarde kosten “
een onderbouwing en specificatie te geven, dan wel in ieder geval aan Heemwonen aanknopingspunten te verschaffen”, maar naar het hof begrijpt daartoe niet is overgegaan omdat “
Heemwonen nooit”aan haar
“om concrete informatie of stukken heeft gevraagd”.
9.2.9.Het betoog van [[----]] dat op grond van de door partijen in de artikelen 7.2 en 7.4 van de aannemingsovereenkomst overeengekomen procedure voor de betaling van facturen dient te worden aangenomen dat al hetgeen gefactureerd, goedgekeurd en betaald is door Heemwonen, ook daadwerkelijk door [[----]] is uitgevoerd en dat daarom voor het deel van de aanneemsom dat door Heemwonen reeds is betaald geen besparing is geweest, slaagt niet. De door Heemwonen ingeschakelde deskundigen hebben in kaart gebracht welke onderdelen van het werk nog niet gereed waren. De door [[----]] ingeschakelde deskundige heeft zulks voor verschillende onderdelen van het werk bevestigd, zij het dat die deskundige een andere prijs heeft berekend voor de daarmee samenhangende afbouwkosten. Dat de facturering in de pas liep met het percentage gereed werk, blijkt hieruit niet. Door Heemwonen is zulks gemotiveerd betwist en door [[----]] niet voldoende concreet onderbouwd. Dat had gelet op hetgeen het hof in het tussenarrest van 30 augustus 2022 in rov. 6.8. onder (4) (vi) heeft overwogen wel van haar verlangd mogen worden. De stand van de facturering is naar het oordeel van het hof dan ook niet doorslaggevend bij de berekening van de afbouwkosten.
9.2.10.Het hof volgt [[----]] evenmin voor zover zij stelt dat bespaarde kosten uit hoofde van niet uitgevoerd herstel niet aan de orde zijn omdat de talloze gebreken/opleverpunten/constateringen in de rapporten van [x] niet meer controleerbaar zijn aangezien het werk is afgerond door derden. [[----]] miskent daarmee dat uit het rapport van de door haar ingeschakelde deskundige het tegendeel blijkt. Door [zzz] is immers ter zake verschillende reeds uitgevoerde onderdelen van het werk op basis van de rapporten van [x] bevestigd dat deze niet voldeden aan de daaraan te stellen eisen (door deskundige [zzz] als opleverpunten aangemerkt). [[----]] heeft verder haar eerder ingenomen stelling dat enig herstel kosteloos door haar onderaannemers zou worden uitgevoerd omdat sprake is van een garantie voor het werk, niet nader in haar akten na tussenarrest onderbouwd. Haar niet onderbouwde stelling dat zij van haar onderaannemers had geëist punten die niet aan de normen voldoen die daarvoor gelden te herstellen omdat aan hen opdracht is gegeven om de specifieke deelopdrachten conform technische omschrijving, bouwbesluit en eventuele vigerende normen te realiseren, is daartoe niet voldoende. Het had op haar weg gelegen, mede gelet op de instructies van het hof in rov. 6.8. onder (4) (v) van het tussenarrest van 30 augustus 2022, om concreet aan de hand van de bepalingen voortvloeiende uit de tussen haar en de onderaannemers geldende contracten en de vermeend door die onderaannemers afgegeven garanties op het werk toe te lichten en te onderbouwen dat en in hoeverre zij aanspraak had kunnen maken op kosteloos herstel. Dit heeft zij niet gedaan, zodat het hof aan haar stelling dat er in het geheel geen sprake is van bespaarde herstelkosten voorbij gaat. Hetgeen het hof in rov. 9.2.7. heeft overwogen met betrekking tot het onvoldoende weerspreken van de berekeningen van Heemwonen en de daarbij gehanteerde tarieven en uitgangspunten, heeft ook te gelden ten aanzien van de berekening van de herstelkosten.
uitgangspunt berekening bespaarde kosten
9.2.11.Gelet op het voorgaande zal het hof wegens onvoldoende betwisting door [[----]] de berekeningen van Heemwonen (hiervoor weergegeven in rov. 9.2.2.) als uitgangspunt nemen bij de vaststelling van de bespaarde kosten in de zin van artikel 7:764 BW.