4.5.Belanghebbende betoogt dat sprake is van een gezamenlijke, althans als een eenheid functionerende, leiding met [ziekenhuis] of van een situatie waar de leiding van belanghebbende ten opzichte van die van [ziekenhuis] in een positie van feitelijke ondergeschiktheid verkeert. Belanghebbende voert daarvoor aan dat (i) [ziekenhuis] 51% van de aandelen met bijbehorende zeggenschap houdt, (ii) belanghebbende uitsluitend aan [ziekenhuis] presteert en (iii) dat de enige bestuurder van belanghebbende een medewerker van [ziekenhuis] is, die belanghebbende beheerst en aanstuurt. Volgens belanghebbende is de actieve bemoeienis en de sturende rol van [ziekenhuis] duidelijk merkbaar. Belanghebbende noemt de volgende voorbeeldenwaaruit feitelijke ondergeschiktheid volgt:
“• De organisatiewijziging op het gebied van de schoonmaak, die [ziekenhuis] medio 2014 heeft doorgevoerd naar aanleiding van bevindingen van de Inspectie van de Gezondheidszorg, is vanuit de raad van bestuur van het [ziekenhuis] geïnitieerd. Vanuit [ziekenhuis] is een meer centrale aansturing van het schoonmaakproces opgezet, die vanuit eiseres moe(s)t worden uitgevoerd. De manager Servicebedrijf (tevens directeur/bestuurder van eiseres) en het unithoofd Gastenservice van het [ziekenhuis] (Gastenservice is een onderdeel van het Servicebedrijf) hadden hier de verantwoordelijkheid voor en zorgden er voor dat binnen eiseres de noodzakelijke processen werden aangepast. De kwaliteit van de schoonmaak stond hierbij voorop. Een
dergelijke organisatiewijziging had [ziekenhuis] in een traditionele klant-leveranciersverhouding nooit zo snel en adequaat kunnen bewerkstelligen.
• Schoonmaakprotocollen worden vanuit [ziekenhuis] voorgeschreven en [ziekenhuis] heeft de gehele
eindverantwoordelijkheid voor de schoonmaak. Daarbij is tegenwoordig ook sprake van functionele aansturing door eiseres van de groep schoonmaakmedewerkers die nog in loondienst is bij [ziekenhuis] . Deze wijziging in de aansturing is na goedkeuring van de Ondernemingsraad (hierna: OR) doorgevoerd in opdracht van de raad van bestuur van [ziekenhuis] . De bedrijfsvoering van eiseres is hierop aangepast/toegespitst. Zo is het RVE-management gevraagd de adviezen van de OR bij de implementatie mee te nemen, met in het bijzonder aandacht voor de cultuurverschillen tussen het [ziekenhuis] en eiseres. De betreffende groep medewerkers wordt in de dagelijkse praktijk thans dus aangestuurd vanuit eiseres, waarbij door de leidinggevenden van eiseres rekening wordt gehouden met het beleid van het [ziekenhuis] . De algehele coördinatie ten aanzien van deze groep medewerkers is echter de verantwoordelijkheid van de manager Servicebedrijf van [ziekenhuis] . [ziekenhuis] heeft ook een opleidingsplan samengesteld voor deze groep schoonmaakmedewerkers. Op termijn is het de bedoeling dat [ziekenhuis] zelf geen schoonmaakpersoneel meer in loondienst heeft, maar dat al het schoonmaakpersoneel in loondienst komt bij eiseres.
• [ziekenhuis] heeft direct invloed op de prijsstelling van eiseres. Er heeft zoals reeds is uiteengezet al enkele jaren geen prijsindexatie meer plaatsgevonden bij eiseres. Dit is duidelijk niet in het belang van eiseres en [B.V. 1] . De invloed van [ziekenhuis] op de prijsstelling van eiseres heeft er in 2012 toe geleid dat eiseres verlies maakte, wat werd opgevangen vanuit de reserves. Op deze manier oefent [ziekenhuis] direct invloed uit op de financiële positie van eiseres, die daarbij feitelijk dus ondergeschikt is aan [ziekenhuis] .
• Medewerkers die in loondienst zijn van eiseres worden op diverse vlakken gelijk behandeld als medewerkers die in loondienst zijn bij [ziekenhuis] . Dit wordt vanuit het [ziekenhuis] opgelegd en door [ziekenhuis] bewerkstelligd. De werkkleding voor medewerkers van eiseres is bijvoorbeeld hetzelfde als de werkkleding voor schoonmaakmedewerkers van [ziekenhuis] . Verder kunnen medewerkers van eiseres lid worden van de personeelsvereniging van [ziekenhuis] en kunnen zij tegen dezelfde tarieven gebruikmaken van het personeelsrestaurant en de personeelsparkeergarage van [ziekenhuis] (hiervoor wordt gebruikgemaakt van dezelfde personeelspas als die wordt gebruikt door medewerkers van het [ziekenhuis] ). Daarnaast krijgen medewerkers van eiseres hetzelfde kerstpakket als medewerkers van [ziekenhuis] en wordt ook bij overige presentjes geen onderscheid gemaakt tussen medewerkers van eiseres of [ziekenhuis] . Eiseres wordt in zoverre feitelijk beschouwd als een afdeling van het [ziekenhuis] .
• Eiseres maakt gebruikt van hetzelfde managementinformatiesysteem ( [informatiesysteem] ) en personeelsplanningsysteem ( [personeelsplanningsysteem] , dit was voorheen [personeelsplanningsysteem] ) als het [ziekenhuis] . Dit wordt eveneens vanuit het [ziekenhuis] opgelegd en door [ziekenhuis] bewerkstelligd. Dit duidt er op dat [ziekenhuis] feitelijk organisatorisch verbonden is met eiseres.
• De manager Servicebedrijf [ziekenhuis] (tevens directeur/bestuurder van eiseres) bepaalt de aanstelling van de locatiemanager van eiseres. Dat de manager Servicebedrijf [ziekenhuis] in zijn functie als directeur/bestuurder van eiseres bepaalt wie hiervoor wordt aangesteld, bevestigt de organisatorische betrokkenheid en invloed van [ziekenhuis] .
• De raad van bestuur van [ziekenhuis] keurt in de rol van meerderheidsaandeelhouder de begroting en de jaarrekening van eiseres goed. Ook hier blijkt de doorslaggevende stem van [ziekenhuis] waarmee zij invloed uitoefent op eiseres.
• Er wordt door [ziekenhuis] steeds meer facilitaire dienstverlening (anders dan schoonmaak) ondergebracht bij eiseres. Het gaat dan met name om 'dienst ondersteunende taken' op specifieke afdelingen van [ziekenhuis] , om integrale dienstverlening in de vorm van [dienstverlening 1] en een rolstoelservice op het terrein van [ziekenhuis] . Dit wordt vanuit [ziekenhuis] geïnitieerd en is niet in alle gevallen in het belang van [B.V. 1] . Ook hierin heeft [ziekenhuis] evenwel de doorslaggevende stem en is [B.V. 1] niet leidend.”.
Daarnaast voert zij, overigens grotendeels dezelfde voorbeelden als hiervoor, aan met betrekking tot de stelling van een gezamenlijke, althans als een eenheid functionerende, leiding met [ziekenhuis] :
Belanghebbende en [ziekenhuis] hebben als gemeenschappelijk doel het schoonhouden van het ziekenhuis. Dit gemeenschappelijke doel is in overeenstemming met de door [ziekenhuis] voorgeschreven schoonmaakprotocollen. De schoonmaakprotocollen zijn erop gericht te voorkomen dat patiënten, medewerkers en bezoekers besmet raken met ziekenhuisbacteriën en/of een ziekenhuisinfectie krijgen. Dit doel is zowel voor [ziekenhuis] als belanghebbende enorm van belang waardoor partijen ernaar streven om dit doel gezamenlijk c.q. gemeenschappelijk te bewerkstelligen. Om aan dit gemeenschappelijke doel zo goed mogelijk uitvoering te kunnen geven heeft er een organisatiewijziging plaatsgevonden. Deze organisatiewijziging is vanuit [ziekenhuis] geïnitieerd, maar [ziekenhuis] heeft hierbij medewerking van belanghebbende ontvangen zodat het gemeenschappelijke doel kan worden nagestreefd. Een dergelijke organisatiewijziging had [ziekenhuis] zonder medewerking en uitvoering van belanghebbende nooit zo snel en adequaat kunnen bewerkstelligen, zeker niet in een traditionele klantleveranciersverhouding waarbij de kwaliteit van de schoonmaak voorop zou blijven staan. In een traditionele klantleveranciersverhouding zou een dergelijke organisatiewijziging immers niet met samenwerking van belanghebbende hebben plaatsgevonden.
Belanghebbende voert het schoonmaakprogramma uit onder leiding van de locatiemanager in samenwerking met een team leidinggevenden van belanghebbende. Aan deze schoonmaakwerkzaamheden liggen door [ziekenhuis] opgestelde schoonmaakprotocollen (zoals hierboven benoemd) en taakkaarten voor hygiënemaatregelen ten grondslag. De locatiemanager en het team leidinggevenden hebben wekelijks overleg met medewerkers van [ziekenhuis] om de kwaliteit van de verrichte schoonmaakwerkzaamheden te waarborgen.
De schoonmaakmedewerkers worden in de dagelijkse praktijk dus aangestuurd vanuit belanghebbende, waarbij de leidinggevenden van belanghebbende rekening houden met het beleid van het [ziekenhuis] . De algehele coördinatie ten aanzien van deze groep medewerkers is echter de verantwoordelijkheid van de manager Servicebedrijf van [ziekenhuis] . [ziekenhuis] heeft ook een opleidingsplan samengesteld voor deze groep schoonmaakmedewerkers.
Belanghebbende en [ziekenhuis] brengen ieder hun eigen kwaliteiten bij de samenwerking tussen beide partijen in. Waar belanghebbende haar schoonmaakkennis inbrengt, brengt [ziekenhuis] haar ziekenhuiskennis in. Belanghebbende maakt bij haar kwaliteiten (schoonmaakkennis) gebruik van hetzelfde managementinformatiesysteem ( [informatiesysteem] ) en personeelsplanningsysteem (PIanJBZ, dit was voorheen [personeelsplanningsysteem] ) als [ziekenhuis] . Voor het boekhoudsysteem is echter gekozen voor het systeem van belanghebbende omdat dat beter aansluit bij de schoonmaakbranche.
Medewerkers die in loondienst zijn van belanghebbende worden op diverse vlakken gelijk behandeld als medewerkers die in loondienst zijn bij [ziekenhuis] . Dit wordt vanuit het [ziekenhuis] opgelegd en door [ziekenhuis] bewerkstelligd. De werkkleding voor medewerkers van belanghebbende is bijvoorbeeld hetzelfde als van de schoonmaakmedewerkers van [ziekenhuis] . Verder kunnen medewerkers van belanghebbende lid worden van de personeelsvereniging van [ziekenhuis] en kunnen zij tegen dezelfde tarieven gebruikmaken van het personeelsrestaurant en de personeelsparkeergarage van [ziekenhuis] (hiervoor wordt gebruikgemaakt van dezelfde personeelspas als door medewerkers van [ziekenhuis] ). Daarnaast krijgen medewerkers van belanghebbende hetzelfde kerstpakket als medewerkers van [ziekenhuis] en wordt ook bij overige presentjes geen onderscheid gemaakt tussen medewerkers van belanghebbende ofJBZ. Belanghebbende wordt in zoverre feitelijk beschouwd als een afdeling van het [ziekenhuis] .
[ziekenhuis] brengt steeds meer facilitaire dienstverlening (anders dan schoonmaak) onder bij belanghebbende. Het gaat dan met name om dienst ondersteunende taken op specifieke afdelingen van [ziekenhuis] , om integrale dienstverlening in de vorm van [dienstverlening 1] en een rolstoelservice op het terrein van [ziekenhuis] . [ziekenhuis] initieert dit en deze uitbreiding van de dienstverlening is niet in alle gevallen in het belang van [B.V. 1] . Belanghebbende voert ook deze dienstverlening uit in overleg met [ziekenhuis] .