Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het verloop van de procedure met betrekking tot het verzoek tot schorsing
3.De feiten
Wel heeft de rechtbank - op advies van de raad en met instemming van de ouders - bij wege van provisionele voorziening bepaald dat de vader en [minderjarige] voorlopig recht hebben op omgang met elkaar gedurende het eerste weekend van de maand op zaterdag en zondag, zonder overnachting, waarbij de omgang de ene keer plaatsvindt in Nederland, in de buurt van de woonplaats van de vader, en de daaropvolgende keer in Frankrijk, in de buurt van de woonplaats van de moeder.
4.De omvang van het geschil
- bepaald dat de vader en [minderjarige] met ingang van 22 april 2023 voorlopig gerechtigd zijn tot het hebben van omgang met elkaar in de weekenden volgens een stapsgewijs opbouwend schema. Daarnaast is er minimaal een keer per week een videobelmoment tussen de vader en [minderjarige] .
5.De motivering van de beslissing op het schorsingsverzoek
In de bestreden beschikking van 14 maart 2023 heeft de rechtbank de uitvoerbaar bij voorraad verklaring van haar beslissingen gemotiveerd. Gelet hierop had het op de weg van de moeder gelegen om in het kader van haar schorsingsverzoek aan te tonen dat er sprake is van nieuwe feiten en/of omstandigheden waarmee de rechtbank geen rekening heeft kunnen houden. De moeder heeft dit echter nagelaten. [minderjarige] verblijft sinds 3 januari 2023 in Frankrijk en gaat pas sinds één maand, vanaf 13 maart 2023, naar school in Frankrijk. Tijdens de mondelinge behandeling bij de rechtbank heeft de moeder al kenbaar gemaakt dat [minderjarige] naar school zou gaan in Frankrijk, waardoor deze schoolgang en bijbehorende schooluitjes geen nieuwe feiten en/of omstandigheden zijn. Evenmin kan een kennismakingsgesprek bij de huisarts een reden zijn om de werking van de bestreden beschikking te schorsen. Ook het feit dat de moeder voornemens is een terrein in Frankrijk te gaan uitbaten was bij de rechtbank bekend en is tijdens de mondelinge behandeling bij de rechtbank besproken.
Als het hof desondanks van oordeel is dat er sprake is van nieuwe feiten en/of omstandigheden, dient een belangenafweging ertoe te leiden dat het belang van de vader bij het direct kunnen uitvoeren van de bestreden beschikking zwaarder weegt dan het belang van de moeder bij het schorsen van de werking van die beschikking. De vader betwist in dat verband de stelling van de moeder dat, wanneer de moeder met [minderjarige] in de [plaats 2] verblijft, er alsnog iedere maand omgang kan plaatsvinden. De vader had geen financiële mogelijkheid om in februari naar Frankrijk te gaan. Om te voorkomen dat hij [minderjarige] weer maanden niet zou zien, is de vader in april 2023 wel afgereisd naar Frankijk. Dit omgangsmoment heeft hem echter € 800,- gekost. De vader heeft onvoldoende financiële middelen om zo elke twee maanden naar Frankrijk te reizen.
“De rechtbank zal, gelet op de aard daarvan, de beslissingen over het verhuisverbod en het terugverhuisgebod, de voorlopige omgangsregeling en de informatie- en consultatieregeling uitvoerbaar bij voorraad verklaren”
Aan het belang van de vader om van tijd tot tijd omgang met [minderjarige] te kunnen hebben wordt inmiddels voldaan en daarvoor is terugkeer van de moeder naar Nederland niet vereist. Verder is als onvoldoende weersproken komen vast te staan dat de moeder bezig is een toeristisch project in Frankrijk te realiseren en dat de definitieve overdracht van de daarbij betrokken grond in augustus 2023 dient te worden gerealiseerd. Deze koop kan alleen worden gerealiseerd als tevoren de vergunningen worden verkregen die nodig zijn om het project voort te zetten. Het hof is van oordeel dat het belang van de moeder om het project dat zij nu onder handen heeft af te kunnen maken, desnoods om het project vervolgens -na een eventuele bekrachtiging van de bestreden beschikking- over te kunnen dragen, zwaarder weegt dan het belang van de vader bij een onmiddellijke terugkeer van de moeder naar Nederland. Een terugkeer die tot gevolg zal hebben dat de moeder haar project moet onderbreken met als gevolg een gerede kans op aanzienlijk financieel nadeel.