ECLI:NL:GHSHE:2022:968

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
24 maart 2022
Publicatiedatum
24 maart 2022
Zaaknummer
200.293.743_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vaststelling vaderschap na verwantschapsonderzoek

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 24 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vaststelling van het vaderschap van de vrouw, die stelt dat de inmiddels overleden [de man] haar biologische vader is. De vrouw, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. F.A. van den Heuvel, heeft verzocht om een DNA-verwantschapsonderzoek om deze claim te onderbouwen. De broers van de vrouw, die ook belanghebbenden zijn in deze zaak, hebben zich eveneens laten vertegenwoordigen door hun advocaat mr. J.W. Damstra.

Het hof heeft eerder op 30 december 2021 een beschikking gegeven waarin de vrouw en de broers de gelegenheid kregen om zich uit te laten over het voorgestelde DNA-onderzoek en de deskundige Verilabs. Beide partijen hebben ingestemd met het onderzoek en de benoeming van de deskundige. Het hof heeft overwogen dat, hoewel de broers zich niet expliciet hebben uitgesproken over hun instemming met het DNA-onderzoek, zij hiertegen geen bezwaren hebben geuit. Het hof heeft daarom besloten om het deskundigenonderzoek te gelasten, zodat kan worden vastgesteld of de overleden [de man] de biologische vader van de vrouw is.

De beslissing van het hof houdt in dat het DNA-materiaal van de vrouw en haar broers zal worden onderzocht. De deskundige Verilabs is benoemd om het onderzoek uit te voeren, en de vrouw en de broers zijn verplicht om hun medewerking te verlenen. Het hof heeft ook de kosten van het onderzoek besproken, waarbij de vrouw verantwoordelijk zal zijn voor de kosten als zij niet in het bewijs slaagt. De zaak is aangehouden tot een pro forma zitting op 24 juni 2022, waar verdere beslissingen over de kosten en de voortgang van het onderzoek zullen worden genomen.

Uitspraak

GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
Team familie- en jeugdrecht
Uitspraak: 24 maart 2022
Zaaknummer: 200.293.743/01
Zaaknummer eerste aanleg: C/03/268936 / FA RK 19-3374
in de zaak in hoger beroep van:
[de vrouw],
wonende te [woonplaats] ,
verzoekster in hoger beroep,
hierna te noemen: de vrouw,
advocaat: mr. F.A. van den Heuvel,
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
[broer 1],
wonende te [woonplaats] ,
en
[broer 2],
wonende te [woonplaats] ,
hierna te noemen: de [broers] ;
advocaat: mr. J.W. Damstra,
In het kort
De vrouw wenst vastgesteld te zien dat de inmiddels overleden [de man] haar vader is.

5.De beschikking van het hof van 30 december 2021

Bij deze beschikking heeft het hof de vrouw en de [broers] in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het DNA-verwantschapsonderzoek en de te benoemen deskundige Verilabs.

6.Reacties van partijen

6.1.
De vrouw heeft het hof bij V-formulier van 14 januari 2022 geïnformeerd dat zij instemt met het deskundigenonderzoek en de voorgestelde deskundige.
6.2.
De [broers] hebben het hof bij V-formulier van 27 januari 2022 laten weten dat zij akkoord zijn met de te noemen deskundige.

7.Overwegingen hof

7.1.
Hoewel de [broers] zich niet hebben uitgelaten op de vraag van het hof of zij instemmen met een DNA-onderzoek, hebben zij hiertegen ook geen bezwaren geuit. Nu het niet volledig uitgesloten is dat verwantschap/enige familierelatie tussen de vrouw en [de man] kan worden vastgesteld door middel van een complex DNA-onderzoek tussen de vrouw en de [broers] , zal het hof een deskundigenonderzoek gelasten zoals in de tussenbeschikking uiteen is gezet. Het hof laat de vrouw hiermee toe tot het leveren van bewijs van feiten en omstandigheden waaruit blijkt dat [de man] haar verwekker is.
7.2.
Het hof gaat er van uit dat zowel de vrouw als de [broers] hun medewerking aan dit DNA-onderzoek zullen verlenen. .
7.3.
Over de kosten van het onderzoek heeft het hof zich in de tussenbeschikking al uitgelaten: de vrouw moet er rekening mee houden dat, indien zij niet in het bewijs slaagt, zij deze kosten zal moeten dragen aangezien op haar de bewijslast van haar stelling rust. De definitieve beslissing over de kosten zal worden genomen bij de eindbeschikking.
7.4.
Het hof zal Verilabs als deskundige benoemen, omdat de vrouw en de [broers] daarmee instemmen. De vrouw en de [broers] zullen in de gelegenheid worden gesteld uiterlijk binnen drie weken na ontvangst van het rapport van Verilabs schriftelijk te reageren op het rapport. In afwachting van de uitkomst van het DNA-onderzoek wordt iedere verdere beslissing op het verzoek aangehouden tot de hierna te noemen datum. Het hof is voornemens om de zaak daarna schriftelijk af te doen.
7.5.
Beslist wordt als volgt.

8.De beslissing

Het hof:
beveelt een deskundigenonderzoek, te weten een verwantschapsonderzoek door middel van DNA, ter beantwoording van de vraag of de overleden [de man] de biologische vader is althans kan zijn van [de vrouw] , geboren op [geboortedatum] 1947 in Indonesië;
bepaalt dat daartoe het DNA-materiaal van:
[de vrouw] , geboren op [geboortedatum] 1947 in Indonesië;
[broer 1] , geboren [geboortedatum] 1953 te [geboorteplaats] ;
[broer 2] , geboren op [geboortedatum] 1956 te [geboorteplaats] ;
wordt onderzocht;
benoemt tot deskundige om voornoemd onderzoek op een door deze te bepalen plaats en tijd uit te voeren:
- Verilabs,
[adres] , [postcode] [plaats] ,
telefoon [telefoonnummer] ,
[website] ,
afnamelocaties te [locatie 1] en [locatie 2] ;
legt aan de deskundige Verilabs de vraag voor welke conclusie er aan de hand van zijn bevindingen moet worden getrokken ten aanzien van de vraag of de vrouw en de [broers] dezelfde biologische vader zouden kunnen hebben;
bepaalt dat de vrouw en de [broers] contact op dienen te nemen met de deskundige om een afspraak te maken voor het onderzoek;
benoemt mr. E.M.C. Dumoulin tot raadsheer-commissaris, onder wiens leiding het onderzoek zal plaatsvinden en tot wie de deskundige zich door tussenkomst van de griffie dient te wenden met (procedurele) vragen en verzoeken, indien het onderzoek daartoe aanleiding geeft;
verzoekt de deskundige het hiervoor bevolen onderzoek te verrichten en daartoe al datgene te doen dat zij nuttig en nodig oordeelt;
bepaalt dat de deskundige, alvorens zijn benoeming te aanvaarden, van de griffier van het hof een voorschot voor honorarium en verschotten zal kunnen verlangen;
begroot dit voorschot op € 650,00 (ZESHONDERDVIJFTIG EURO);
bepaalt dat dit voorschot voorlopig ten laste komt van’s-Rijks kas;
verzoekt de deskundige het door hem uit te brengen rapport, uiterlijk vóór de na te melden pro forma datum, aan het hof, en in afschrift aan de vrouw en de [broers] , te doen toekomen, met vermelding van de definitieve kosten van het onderzoek;
verzoekt de deskundige bij eventuele vertraging van het onderzoek de raadsheer-commissaris hierover tijdig schriftelijk, met afschrift aan partijen en belanghebbenden, te informeren onder vermelding van de oorzaak;
stelt de vrouw en de [broers] in de gelegenheid binnen drie weken na ontvangst van het deskundigenbericht zich hierover schriftelijk uit te laten richting het hof;
bepaalt dat de griffier een afschrift van de tussenbeschikking van 30 december 2021 en van deze beschikking aan de deskundige zal toezenden;
houdt iedere verdere beslissing aan tot PRO FORMA 24 juni 2022,daaronder begrepen de definitieve beslissing over de kosten van het deskundigenonderzoek.
Deze beschikking is gegeven door mrs. E.M.C. Dumoulin, C.N.M. Antens, A.J.F. Manders en is in het openbaar uitgesproken op is op 24 maart 2022 door mr. M.J. van Laarhoven uitgesproken in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier.