‘3.1 [appellant] vordert op grond van art 382 BRV dat het arrest van het gerechtshof ’s-
Hertogenbosch, team handelsrecht, met zaaknummer 200.223.143/01 d.d. 03 september
2019 wordt herroepen nu hij na dit arrest stukken van beslissende aard in handen heeft
gekregen waaruit blijkt dat de Stichting in haar inleidende dagvaarding d.d. 17 december
2013 met betrekking tot de feiten zoals vermeld onder randnummer 15.2 (pagina 132 en
133, randnummers 424 tot en met 428, het heeft doen voorkomen dat [appellant] hooguit
2 tot 5 uur heeft gewerkt en dat Vitaal Wonen in het verleden ten onrechte de met
betrekking tot die verrichte werkzaamheden door [appellant] ingediende facturen heeft
betaald, welke facturen als zijnde onverschuldigd door de Stichting zijn teruggevorderd.
Aan de hand van de getuigenverklaringen en de overgelegde stukken van het OM moet
worden geconstateerd dat de RvT, dus de Stichting, wel degelijk heeft geweten dat
[appellant] werd ingehuurd om toezichthoudende taken uit te voeren. (…)
[appellant] zou deze derden aansturen en controleren. Dat is wel besproken met
de RvT. Toen is ook 3,5% afgesproken. Dat heeft de RvT zich ook gerealiseerd toen de
betreffende nota in 2008 door de Stichting werd betaald.
(…)