ECLI:NL:GHSHE:2022:3849
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep in strafzaak wegens diefstal met valse sleutels
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 4 november 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, dat op 6 mei 2021 was gewezen. De verdachte was vrijgesproken van het primaire feit, maar het subsidiair tenlastegelegde, diefstal waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels, werd bewezen verklaard. De rechtbank had de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 200 uren, subsidiair 100 dagen hechtenis, en een schadevergoedingsmaatregel opgelegd van € 29.675,73 ten behoeve van het slachtoffer.
Tegen dit vonnis heeft de verdachte hoger beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 5 juli 2022 heeft de raadsman van de verdachte aangegeven dat het de bedoeling was om het hoger beroep in te trekken, omdat het enkel betrekking had op de betalingsverplichting. Op 19 oktober 2022 heeft de raadsman bevestigd dat de verdachte geen procesbelang meer had om het hoger beroep voort te zetten. De advocaat-generaal heeft geen bezwaar gemaakt tegen een afdoening ex artikel 416 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering, wat betekent dat de zaak niet inhoudelijk behandeld zou worden.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte haar bezwaren tegen het vonnis in eerste aanleg niet langer handhaaft en dat er geen rechtens te beschermen belang is dat een nadere behandeling in hoger beroep rechtvaardigt. Daarom heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in haar hoger beroep. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer voor strafzaken en is op 4 november 2022 ter openbare terechtzitting uitgesproken.