3.1.In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.
Tiwos heeft aan [appellant] met ingang van 18 september 2012 een appartement, gelegen op de eerste verdieping van een uit twee woonlagen bestaand wooncomplex, verhuurd.
[appellant] huurde voorafgaande aan deze huurovereenkomst een andere woonruimte van Tiwos. Omdat hij veel overlast veroorzaakte, is er, in overleg met de gemeente en maatschappelijke organisaties, waaronder Traverse, voor gekozen om [appellant] een tweede kans te bieden in een andere woning van Tiwos. Als randvoorwaarden zijn gesteld dat hij woonbegeleiding van Traverse kreeg, dat werd ingezet op een behandeling door Novadic-Kentron (in verband met problematisch drankgebruik), dat er een psychologische test zou volgen (voor eventuele passende psychische begeleiding) en dat [appellant] moest zorgen voor een dagbesteding.
In september 2013 heeft Tiwos (via de politie) een melding van overlast door [appellant] ontvangen. Zij heeft die maand [appellant] uitgenodigd voor een gesprek maar daarop is [appellant] niet ingegaan. Zij heeft [appellant] verzocht de overlast te stoppen.
Begin 2014 heeft Tiwos een melding van overlast door [appellant] ontvangen van de onderbuur. Een mutatierapport van de politie hierover heeft Tiwos als productie 7 in eerste aanleg overgelegd. Bij brief van 12 februari 2014 heeft Tiwos [appellant] uitgenodigd om hierover een gesprek te voeren.
In 2014 heeft Traverse vastgesteld dat de woning van [appellant] in een zeer zorgelijke toestand verkeerde, waarna de trajectregisseur in een e-mail heeft aangegeven dat de ontwikkelingen en de staat van de woning voor hem voelen als een herhaling van zetten ten opzichte van de vorige woning, te weten: ruzie met de buren “(het ligt niet aan [appellant] , aldus [appellant] – het bekende verhaal)”, slecht onderhouden woning en een toename van alcoholgebruik met contact met politie en justitie als gevolg. Hij heeft aangegeven een slecht gevoel te hebben bij de ontwikkelingen “zeker als ik dat afzet tegen hoe ik aan kijk tegen de intrinsieke motivatie van cliënt om zijn gedrag te veranderen en daarbij het lerend en introspectief vermogen van cliënt”.
In maart 2014 heeft [appellant] een officiële schriftelijke waarschuwing van Traverse ontvangen wegens agressief en bedreigend gedrag jegens een medewerker van Traverse.
Eind december 2014 heeft Tiwos diverse meldingen van overlast (muziekoverlast in de nachtelijke uren) door [appellant] ontvangen waarna zij hem opnieuw heeft uitgenodigd voor een gesprek.
In april 2015 heeft een buurtbewoonster (nr. 6) bij Tiwos geklaagd over geluidsoverlast door [appellant] . Zij is bij [appellant] langs geweest. Hij heeft haar (en haar kind) toen bedreigd, zo heeft zij Tiwos verteld.
In augustus 2015 heeft een andere buurtbewoonster (nr. 5) bij Tiwos geklaagd over geluidsoverlast door [appellant] .
Bij beschikking van 20 januari 2016 heeft de kantonrechter een bewind ingesteld over de (toekomstige) goederen van [appellant] .
In die maand heeft Tiwos [appellant] aangesproken op diens gedrag in de portiek waarvan de buren last hadden. [appellant] gaf in dat gesprek aan rekening te zullen houden met de buren.
Medio 2018 is door loodgieterswerkzaamheden aan het licht gekomen dat de woning van [appellant] extreem vervuild was. Met behulp van de begeleider van Traverse en de gemeente die bereid was [appellant] bijzondere bijstand te verlenen, heeft er een grote schoonmaakactie in de woning van [appellant] plaatsgevonden.
Uit een e-mailbericht van de wijkagent blijkt dat er in november, december 2018 en januari 2019 vijf meldingen bij de politie zijn gedaan over geluidsoverlast bij [appellant] .
Op 2 september 2019 heeft een buurtbewoonster (nr. 8) Tiwos gemeld dat zij geluidsoverlast van [appellant] ervaart en dat hij bedreigingen uit.
Op 11 september 2019 heeft er een gesprek met [appellant] plaatsgevonden op het politiebureau. Hij werd daarbij aangesproken op het veroorzaken van geluidsoverlast.
In mei 2020 heeft Tiwos klachten van de onderbuurman van [appellant] ontvangen. Hij klaagde over geluidsoverlast door [appellant] en het feit dat hij regelmatig eten over het balkon naar beneden gooide.
In september 2020 heeft een andere buurtbewoner (nr. 12) aan Tiwos gemeld dat [appellant] erg agressief is tegen de buren en iedereen uitscheldt. Als Tiwos niets doet, dan zal deze bewoner zelf in actie komen, zo schrijft hij.
In diezelfde maand heeft Tiwos een melding van geluidsoverlast ontvangen van de huurder op nr. 10. [appellant] ging helemaal uit zijn plaat vanwege drank en drugs; het loopt de spuigaten uit, haar slaapproblemen nemen toe, aldus de melder.
De wijkagent heeft Tiwos per e-mail van 22 september 2020 bericht dat [appellant] al dagen voor ernstige overlast zorgt en dat de buurt er helemaal klaar mee is. De politie heeft toen geconstateerd dat [appellant] dronken was en wartaal uitsloeg.
Op 23 september 2020 heeft Tiwos de leefbaarheidsconsulent van [appellant] , [persoon A] (hierna [persoon A] ), aangeschreven met het verzoek aan [appellant] duidelijk te maken direct met de overlast te stoppen. Zo niet, dan zal een juridische procedure worden opgestart.
Op diezelfde dag heeft [persoon A] Tiwos geschreven dat [appellant] zich bedreigd voelde door sommige buurtbewoners. Er is geprobeerd onder regie van Tiwos een gesprek te organiseren met de buurvrouw maar die wilde niet in gesprek gaan.
Bij e-mail van 22 december 2020 aan de wijkagent heeft [persoon A] gemeld dat de buurvrouw van [appellant] ruzie aan het maken was met een derde.
Op 25 en 26 juli 2021 heeft Tiwos meldingen van geluidsoverlast door [appellant] van de buurtbewoners op nummer 5 en 7 ontvangen.
Op 3 augustus 2021 heeft de wijkagent Tiwos per e-mail bericht dat [appellant] de nacht ervoor voor overlast heeft gezorgd.
Nadat er een ruzie was geweest tussen [appellant] en zijn buurvrouw heeft de gemachtigde van [appellant] Tiwos verzocht om een gesprek. Tiwos heeft dit verzoek afgewezen; zij zag daarin geen meerwaarde.
Op 31 augustus 2021 heeft Tiwos een melding van Veilig Thuis ontvangen die namens een buurtbewoner meldde dat [appellant] overlast had veroorzaakt.
Op 30 oktober 2021, 4, 10, 11 en 19 november 2021 heeft [persoon A] namens [appellant] Tiwos gemaild dat zijn buurvrouw (nr. 6) overlast veroorzaakte en hem uitschold, terwijl de benedenbuurman geluidsoverlast veroorzaakte.
Op 13 november 2021 heeft Tiwos een uitgebreid verslag van de onderbuurman (nr. 3) ontvangen waarin hij vermeldt dat hij de huur heeft opgezegd wegens overlast en onprettige ervaringen met [appellant] .
Ook van de buurtbewoner op nr. 5 heeft Tiwos een verslag ontvangen waarin zij vermeldt wanneer en hoe zij overlast heeft ervaren op 1 februari 2021, 21 maart 2021 en 27 april 2021. Vervolgens heeft zij op 29 november 2021, 13 december 2021, 17 december 2021 en 28 december 2021 een e-mail aan Tiwos gestuurd waarin zij klaagt over geluidsoverlast door [appellant] .
Voorts ontving Tiwos een e-mail van de buurtbewoner op nr. 10. Zij heeft aangegeven dat zij, de buurtbewoners, elke week met regelmaat overlast ervaren van [appellant] . Dit gebeurt vooral in de vorm van bonken en op het balkon schreeuwen, hetgeen drie huizen verder door de muren heen te horen is, aldus de melder. We hebben, zo schrijft zij, ook al regelmatig gehad dat we met meerdere bewoners ’s nachts de straat op gaan om hem kalm te krijgen en het enige wat je dan krijgt, is bedreigingen dat hij ons allemaal neersteekt.
Bij e-mail van 30 november 2021 heeft Tiwos [appellant] de gelegenheid geboden om de huurovereenkomst te beëindigen. [appellant] is daarop toen niet ingegaan.
Tiwos heeft een verklaring van [persoon B] , wonende op nr. 12, in het geding gebracht. Daarin geeft hij aan dat [appellant] afgelopen zomer midden in de nacht op zijn balkon stond te schreeuwen en doodsbedreigingen heeft geuit aan zijn adres. Begin januari 2022 heeft hij weer op zijn balkon geschreeuwd en noemde hij [persoon B] “kankergriek”. Hij zei dat hij een geweer had en hem wel kapot zou schieten, aldus de verklaring. In de verklaring heeft [persoon B] , die de ex is van de bewoonster op nr. 6, tevens aangegeven welke overlastklachten zijn ex van [appellant] heeft. Hij heeft voorts verklaard bang te zijn dat het uit de hand gaat lopen.
De procedure bij de kantonrechter
3.2.1.In de onderhavige kort gedingprocedure heeft Tiwos in kort geding, samengevat, gevorderd [appellant] te veroordelen om het gehuurde te ontruimen.
3.2.2.Aan deze vordering heeft zij ten grondslag gelegd dat [appellant] is tekortgeschoten in de nakoming van zijn verplichting uit de huurovereenkomst, inhoudende dat hij zich als goed huurder moest gedragen. Tiwos verwijt [appellant] structureel ernstige overlast aan de omwonenden te hebben bezorgd en zich agressief, intimiderend en grensoverschrijdend te hebben gedragen.
3.2.3.[appellant] heeft gemotiveerd verweer gevoerd.
3.2.4.Na een gehouden mondelinge behandeling heeft de kantonrechter de vordering van Tiwos afgewezen en haar in de proceskosten veroordeeld.
De grieven tegen het bestreden vonnis