ECLI:NL:GHSHE:2022:2132
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de weigering tot toelating van de schuldsaneringsregeling op basis van artikel 288 lid 1 sub b en c Faillissementswet
In deze zaak gaat het om de vernietiging van een eerdere uitspraak van de rechtbank Limburg, waarbij de verzoeken van de appellanten, [appellant] en [appellante], om toelating tot de schuldsaneringsregeling werden afgewezen. De rechtbank oordeelde dat niet voldoende aannemelijk was dat de appellanten te goeder trouw waren ten aanzien van het onbetaald laten van hun schulden in de vijf jaar voorafgaand aan hun verzoek. De appellanten hebben in hoger beroep verzocht om het vonnis te vernietigen en de schuldsaneringsregeling op hen van toepassing te verklaren.
Tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep op 22 juni 2022 zijn de appellanten gehoord, bijgestaan door hun advocaat, mr. C.C.W. Plaat. Ook de beschermingsbewindvoerder was aanwezig om haar visie te geven. Het hof heeft kennisgenomen van diverse stukken, waaronder het proces-verbaal van de eerdere zitting en aanvullende inlichtingen van de advocaat.
Het hof heeft vastgesteld dat de appellanten niet in staat zijn om hun schulden te betalen en dat zij in de vijf jaar voorafgaand aan hun verzoek te goeder trouw zijn geweest. Het hof oordeelt dat de appellanten zich voldoende hebben ingespannen om hun financiële problemen aan te pakken. De appellanten hebben een inkomen uit arbeid en hebben in een relatief korte tijd een bedrag van circa € 9.000,00 voor hun schuldeisers weten te sparen. Het hof concludeert dat de appellanten de uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen naar behoren zullen nakomen en zich zullen inspannen om zoveel mogelijk baten voor de boedel te verwerven.
Op basis van deze overwegingen vernietigt het hof het vonnis van de rechtbank en verklaart de schuldsaneringsregeling van toepassing op de appellanten. De griffier van het hof zal de rechtbank Limburg informeren over deze uitspraak, zodat er een rechter-commissaris en bewindvoerder kunnen worden benoemd.