ECLI:NL:GHSHE:2022:1804

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
7 juni 2022
Publicatiedatum
7 juni 2022
Zaaknummer
200.298.363_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestuurdersaansprakelijkheid en betalingsonwil in hoger beroep

In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch werd behandeld, gaat het om een hoger beroep inzake bestuurdersaansprakelijkheid, specifiek gericht op betalingsonwil. De appellanten, waaronder [X] Holding B.V., hebben in principaal hoger beroep beroep ingesteld tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Limburg. De rechtbank had op 28 juli 2021 een vonnis gewezen, waartegen de geïntimeerde, in hoedanigheid van enig erfgenaam van [erflater], een grief heeft geformuleerd in zijn memorie van antwoord. Het hof heeft de inhoud van het arrest in incident van 5 oktober 2021 overgenomen en het verdere procesverloop is voortgezet met de memorie van antwoord. Het hof heeft de appellanten in de gelegenheid gesteld om een memorie van antwoord in incidenteel appel in te dienen, met een verwijzing naar de rol van 5 juli 2022. Het hof heeft verder geen beslissing genomen en houdt iedere verdere beslissing aan. De uitspraak is gedaan op 7 juni 2022 door de rechters C.J.H.G. Bronzwaer, O.G.H. Milar en H.F.P. van Gastel, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH

Team Handelsrecht
zaaknummer gerechtshof: 200.298.363
(zaaknummer rechtbank: C/03/282815)
arrest van 7 juni 2022
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[X] Holding B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
2.
[appellant],
wonende te [woonplaats] ,
3.
[appellante],
wonende te [woonplaats] ,
appellanten in principaal hoger beroep,
geïntimeerden in incidenteel hoger beroep,
in eerste aanleg: gedaagden,
hierna gezamenlijk: [appellanten] en afzonderlijk: [X] Holding, [appellant] en [appellante] ,
advocaat: mr. Y.J.M.L. Dijk te Herten, gemeente Roermond,
tegen
[geïntimeerde],
in hoedanigheid van enig erfgenaam van [erflater] ,
wonende te [woonplaats] ,
geïntimeerde in principaal hoger beroep,
appellant in incidenteel hoger beroep,
in eerste aanleg: eiser,
hierna: [geïntimeerde] ,
advocaat: mr. J.M. Pals te Roermond,

1.Het procesverloop in hoger beroep

1.1.
Het hof neemt de inhoud van het arrest in incident van 5 oktober 2021 hier over. Het verdere verloop blijkt uit de memorie van antwoord.
1.2.
Vervolgens heeft het hof arrest bepaald.

2.De beoordeling in hoger beroep

2.1.
Het hof constateert dat [geïntimeerde] in randnummer 60 van zijn memorie van antwoord tevens een grief heeft geformuleerd tegen het vonnis van de rechtbank Limburg van 28 juli 2021. [appellanten] zal in de gelegenheid worden gesteld om een memorie van antwoord in incidenteel appel in te stellen. Hiertoe zal de zaak worden verwezen naar de rol van 5 juli 2022. Indien [appellanten] hiervan geen gebruik wil maken, dan hoort het hof dit graag zo spoedig mogelijk.

3.De beslissing

Het hof, recht doende in hoger beroep:
3.1.
verwijst de zaak naar de rol van 5 juli 2022 voor memorie van antwoord in incidenteel appel,
3.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. C.J.H.G. Bronzwaer, O.G.H. Milar en H.F.P. van Gastel en is in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 7 juni 2022.
Griffier rolraadsheer