Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
Het proces-verbaal van aangifte met bijlagen d.d. 26 april 2018, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven - als verklaring van aangever [slachtoffer] (pagina’s 6-14):
.Ik voelde en zag dat ik over de stoep voor zijn tuin kwam. Ik zag dat ik in de tuin gesleurd werd. Ik zag dat de man mij in de richting van een tuinstoel sleepte. Ik voelde dat hij mij bij de armen pakte en mij probeerde in de stoel te zetten.
Het proces-verbaal van getuigenverhoor van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, d.d. 28 november 2018, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer]:
(het hof begrijpt: de verdachte)stond te kijken. De confrontatie vond plaats midden op het trottoir waar [verdachte] stond. [verdachte] begon te schreeuwen en pakte mij vast zonder enige aanleiding. Ik had nog geen woord gezegd.
Een brief van Huisartspraktijk Dolfijn AGB code 54801 d.d. 18 juni 2018, gevoegd als bijlage 9 bij de vordering benadeelde partij, voor zover inhoudende:
Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 26 april 2018, voor zover inhoudende - zakelijk weergegeven - als verklaring van getuige [getuige 1] (pagina’s 18-19):
er liggen twee mannen op straat’.Ik zag toen ter hoogte van de [straatnaam 1] 24 twee mannen op de stoep liggen. Toen ik goed keek zag ik dat de mannen in gevecht waren. Ik zag dat een Turkse man, een bekende uit de buurt, en volgens mij bewoner van nummer 24 genaamd [verdachte] boven op een andere onbekende man zat. Ik hoorde later dat deze ‘ [slachtoffer] ’ heette. Ik zag dat de Turkse man hem vasthield aan zijn armen. Ik zag dat de man loskwam en wegliep. Ik zag dat hij een paar stappen kon doen voordat de Turkse man weer bij hem was en hem aan zijn arm mee terug trok. Ik zag dat de man zich niet kon verweren. Ik hoorde de man om hulp roepen. Ik durfde niet tussen beiden te komen en ben naar een woning verderop gelopen. Daar heb ik de bewoner geroepen en gezegd dat er een worsteling plaatsvond en dat hij ernaartoe moest.
Het proces-verbaal van getuigenverhoor van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, d.d. 28 november 2018, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [getuige 1] :
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 23 mei 2018, opgemaakt door verbalisant D. Dingemanse, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – de verklaring van [getuige 2] (pagina’s 20-21):
Het proces-verbaal van getuigenverhoor van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, d.d. 28 november 2018, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [getuige 2] :
(het hof begrijpt: [slachtoffer] )over de stoep is gesleept, een meter of 15.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 25 mei 2018, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – de verklaring van verdachte [verdachte] , [straatnaam 1] 4334 EJ Middelburg (pagina’s 35-40);
Het proces-verbaal van de terechtzitting van politierechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Middelburg, d.d. 26 augustus 2019, voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte:
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
30 (dertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
15 (vijftien) dagen hechtenis;
€ 334,12 (driehonderdvierendertig euro en twaalf cent) bestaande uit € 184,12 (honderdvierentachtig euro en twaalf cent) aan materiële schade en € 150,00 (honderdvijftig euro) aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 april 2018 ter zake van de immateriële schade en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 juli 2019 ter zake van de materiële schade, (telkens) tot aan de dag der voldoening;
€ 530,02 (vijfhonderddertig euro en twee cent) bestaande uit € 80,02 (tachtig euro en twee cent) materiële schade en € 450,00 (vierhonderdvijftig euro) immateriële schadeaf;
40 (veertig) uren, bij gebreke van het naar behoren verrichten te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis.