Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- de tenlastelegging – voor zover aan de verdachte ten laste is gelegd dat hij de [benadeelde 6] heeft belaagd – partieel nietig verklaard;
- de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de belaging van [betrokkene 1] , [betrokkene 2] , [betrokkene 3] , [betrokkene 4] , [betrokkene 6] , [betrokkene 7] , [betrokkene 8] , [betrokkene 9] , [betrokkene 10] en [betrokkene 11] ;
- de verdachte ter zake van belaging van [aangever 3] vrijgesproken;
- de verdachte ter zake van belaging van [benadeelde 2] , [benadeelde 1] , [benadeelde 3] , [benadeelde 4] en [benadeelde 5] veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren, met aftrek van voorarrest en met oplegging als bijzondere voorwaarden – kort gezegd – een meldplicht, ambulante behandeling bij FPP De Horst of een soortgelijke instelling en begeleiding/ondersteuning van het FACT-team (Rooyse Wissel). Daarnaast zijn aan de verdachte vrijheidsbeperkende maatregelen opgelegd, inhoudende – kort weergegeven – een contact- en locatieverbod voor de duur van 2 jaren. Daarbij is vervangende hechtenis opgelegd voor de duur van 1 week voor iedere overtreding van de verboden. Deze bijzondere voorwaarden en vrijheidsbeperkende maatregelen zijn door de rechtbank dadelijk uitvoerbaar verklaard.
- [benadeelde 1] wordt toegewezen tot een bedrag van € 608,96;
- [benadeelde 2] wordt toegewezen tot een bedrag van € 587,96;
- [benadeelde 3] wordt toegewezen tot een bedrag van € 593,00
- [benadeelde 4] wordt toegewezen tot een bedrag van € 595,40;
- [benadeelde 5] wordt toegewezen tot een bedrag van € 594,86;
- de verdachte in het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaren, voor zover dit gericht is tegen de tenlastegelegde belaging van [aangever 3] ;
- de tenlastelegging – voor zover aan de verdachte ten laste is gelegd dat hij de [benadeelde 6] heeft belaagd – partieel nietig zal verklaren;
- de officier van justitie niet-ontvankelijk zal verklaren in de vervolging van de belaging van [betrokkene 1] , [betrokkene 2] , [betrokkene 3] , [betrokkene 4] , [betrokkene 6] , [betrokkene 7] , [betrokkene 8] , [betrokkene 9] , [betrokkene 10] en [betrokkene 11] ;
- de verdachte ter zake van belaging van [benadeelde 2] en [benadeelde 3] zal vrijspreken;
- de tenlastegelegde belaging van [benadeelde 1] , [benadeelde 4] en [benadeelde 5] bewezen zal verklaren en de verdachte te dien aanzien zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren, met aftrek van voorarrest en met oplegging als bijzondere voorwaarden – kort gezegd – reclasseringstoezicht en een contactverbod.
van de verklaring van getuige [getuige 2] . Ze vertelde dat ze die bewuste zaterdag 19 november 2016 inderdaad aan het werk was en dat ze de auto van [verdachte] zag staan. Dat ze nog gekeken had gekeken of ze hem ergens kon zien, maar dat dit niet het geval was. Dat ze toen ze weg wilde rijden werd geblokkeerd door een auto en dat ze vervolgens de haar bekende [getuige 2] zag en door haar werd aangesproken. Dat [getuige 2] vertelde dat [verdachte] haar stond te bespieden, dat zij dat gezien had. [benadeelde 3] wilde toen nog naar [verdachte] toe lopen om hem op zijn gedrag aan te spreken, maar toen was hij al weg.
belaging, meermalen gepleegd.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) maanden.
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 3
(drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
€ 608,96 (zeshonderdacht euro en zesennegentig cent) bestaande uit € 108,96 (honderdacht euro en zesennegentig cent) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
€ 593,00 (vijfhonderddrieënnegentig euro) bestaande uit € 93,00 (drieënnegentig euro) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
€ 595,40 (vijfhonderdvijfennegentig euro en veertig cent) bestaande uit € 95,40 (vijfennegentig euro en veertig cent) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 5]
€ 594,86 (vijfhonderdvierennegentig euro en zesentachtig cent) bestaande uit € 94,86 (vierennegentig euro en zesentachtig cent) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
45 (vijfenveertig) dagen.
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: een GSM, merk Samsung (goednummer 599004).