Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[appellant 1] ,wonende te [woonplaats] ,
[appellant 2] ,wonende te [woonplaats] ,
1.[geïntimeerde 1] ,wonende te [woonplaats] ,
[geïntimeerde 2] ,wonende te [woonplaats] ,
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 6167249 \ CV EXPL 17-5857)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- het tegen [geïntimeerden] verleende verstek;
- de zuivering van het verstek voor [geïntimeerde 1] ;
- de memorie van grieven;
- de memorie van antwoord tevens houdende incidenteel appel met producties;
- de memorie van antwoord in incidenteel appel.
3.De beoordeling
gesproken, ter plekke, die erg aangeslagen was. [appellant 2] had ook gezegd dat hij verzekerd was voor dit soortschade, hij had zijn moeder al gebeld. [appellant 2] had ook gezegd dat hij een paar dagen of een paar weken van te voren aan de kranen had gesleuteld, hij dacht dat het was opgelost. (…)”
overlegd. We zagen allebei dat de vulslang bij die bijvulkraan ervan af aan het glijden was, met de sluitring erbij. Ik zei toen tegen [appellant 1] zoiets als: ben ik nou gek, of is het gewoon een kwestie van even de slang aanduwen en de ring vast eraan draaien? Hij was het ermee eens. Ik heb toen een schroevendraaier gepakt, ik duwde wat aan de vulslang en merkte dat er veel waterdruk was. Ik heb toen de kraan aan die kant een halve slag gedraaid, toen verdween de waterdruk. Vervolgens heb ik de slang aan die kant aangeduwd en ik heb daarna de sluitring aan die kant aangedraaid. Daarna heb ik de vulkraan weer een halve slag teruggedraaid. Daarna lekte het niet meer, het probleem was verholpen, (…). Ik heb toen niet aan die andere kraan gezeten, aan de waterkraan, aan de rechterkant. Ik heb dat ook niet eerder gedaan en ook niet daarna nog een keer. (…) Ik heb mij niet afgevraagd waar het water vandaan kwam, ik heb er ook niet aan gedacht om aan de bijvulkraan of de andere kraan of beide kranen te draaien. Ik wilde het achterlaten zoals ik het aantrof en heb daarom verder niet aan de kranen gezeten. (…)”